Werken op de Zuidas: ‘De hiërarchische structuur valt wel mee’

De advocatuur interesseerde haar tijdens haar rechtenstudie al snel, maar ze wist pas écht zeker dat ze hierin verder wilde na het lopen van een studentstage. In deze vierde editie van rubriek Na de studie Celine van Es (25), advocate in opleiding.

Door Loes van den Wijngaard

Ze startte vorig jaar maart met de beroepsopleiding via de Law Firm School. Dit instituut verzorgt de beroepsopleiding voor advocaten in spe van zestien internationale advocatenkantoren, zoals Allen & Overy, Houthoff Buruma en NautaDutilh. Aansluitend daarbij werkt ze als advocaat-stagiaire bij Dentons Boekel op de Amsterdamse Zuidas. ‘Dit is een internationaal full-service kantoor, wat betekent dat er zowel advocaten, notarissen als fiscalisten werkzaam zijn. Mijn afstudeerrichting is Burgerlijk recht, met een minor bestuursrecht. Ik houd me dus met name bezig met de rechtsgebieden binnen het privaatrecht, in het bijzonder IT & Privacy.’

Uitdagingen

Haar studie rechten volgde ze in Leiden en tijdens haar opleiding wist ze al vrij snel dat ze de advocatuur in wilde. ‘Met name de grote zelfstandigheid binnen dit vak trok me aan.’ Tussen haar bachelor en master liep ze daarom stage bij Loyens & Loeff in Amsterdam. ‘Na die studentstage wist ik het zeker.’ Voordat ze meedraaide bij een advocatenkantoor dacht ze dat er een grote hiërarchische structuur was, maar dit bleek in de praktijk mee te vallen. ‘Ik heb gemerkt dat een kritische blik en denkwijze juist erg worden gewaardeerd.’

Dat zelfstandige blijkt ook uit de werkweek van Celine. ‘Binnen Dentons Boekel werken wij in teams. Iedereen binnen het team – van student-stagiair tot partner – werkt mee aan de zaken van dat team. Er heerst een gelijkwaardige sfeer,’ zegt ze. Dit betekent ook dat ze als advocaat-stagiaire soms verantwoordelijk is voor een ‘eigen’ zaak, waarbij ze contact met de cliënt onderhoudt en het verloop van het dossier in de gaten houdt. De eindverantwoordelijkheid voor zo’n zaak ligt nog wel bij haar begeleider. ‘Je moet eerst vlieguren maken.’ Dat betekent ook veel uren doorbrengen op kantoor, achter je bureau. Een groot deel van haar werk bestaat uit het adviseren van cliënten, afgewisseld met afspraken buiten de deur en zo nu en dan een bezoekje aan de rechtbank.

Beroepsopleiding

Naast het gewone werk volg je als advocaat in opleiding onderwijs, gegoten in een driejarige opleiding. Dit is verplicht en bestaat uit zowel juridisch inhoudelijke als vaardighedenvakken. ‘Gemiddeld volg ik zo’n twee tot vier dagen per maand onderwijs. Dit is exclusief de voorbereidingstijd en het studeren voor tentamens. De onderwijsdagen vallen vaak onder kantooruren, maar in principe volg je de opleiding naast je werk.’

De beroepsopleiding verschilt vooral qua soort vakken met een fulltime universitaire master. ‘Mijn ervaring is dat de beroepsopleiding – in tegenstelling tot een master – juist in een relatief korte tijd een zo breed mogelijk beeld probeert te geven van verschillende rechtsgebieden.’ Dit betekent vooral dat de vakken dus minder diep op de stof ingaan en je juist heel breed wordt opgeleid, inclusief vaardighedenvakken, zoals het leren pleiten en het horen van getuigen. Dit ervaart ze als positief. ‘Je doet op veel gebieden kennis op en het is interessant om te leren hoe andere rechtsgebieden zich verhouden tot de richting waarmee je zelf voornamelijk bezig bent. Ook volg je zo de opleiding van andere advocaten uit jouw lichting, waardoor je ervaringen kunt uitwisselen met elkaar.’ Het zwaarste is het regelmatig moeten studeren in het weekend. ‘Daar zit je na een drukke werkweek niet altijd op te wachten.’

Haar toekomst ziet Celine zeker in de advocatuur, want ze is er nog lang niet op uitgekeken. ‘Het is een zeer dynamisch en uitdagend vak.’ Ze wil in de toekomst wellicht een tijdje werken bij een van de Dentons-kantoren in het buitenland.

Een afsluitende tip voor studenten die de advocatuur in willen? ‘Ga stage lopen! Zo leer je het beste wat de advocatuur inhoudt en of het bij je past.’