Ze beheerst het vak van (pers)officier van justitie tot in de puntjes en schreef in 2021 een eigen boek, Familiezaken. Gabrielle Hoppenbrouwers over haar carrièrekeuzes, studententijd en haar werk voor de camera.
Haar academische reis begon in 1989 in Utrecht, waar ze haar propedeuse Journalistiek haalde en vervolgens haar vierjarige opleiding Communicatie afrondde. Daarna besloot ze rechten te gaan studeren, want haar dertien jaar oudere broer was strafrechtadvocaat en dat wilde zij ook. Ze zat niet stil tijdens haar studententijd; zo was ze onder andere lid van een studievereniging, hielp ze bij introductiedagen en had ze verschillende bijbanen.
Toen ze stage liep bij een advocatenkantoor kwam ze erachter dat het leven van advocaat niet bij haar paste. Liever stond ze aan de andere kant, namelijk als officier van justitie. Toen ze door de selectie voor de opleiding tot officier van justitie heen kwam, moest ze verschillende stages lopen. Dat deed ze bij het Team Grootschalig onderzoek van de politie en bij het NOS journaal. Na haar opleiding kwam ze erachter dat ze het werken bij de televisie zó leuk vond dat ze haar baan als officier opzegde. Ruim drie jaar later kwam ze naar eigen zeggen “met hangende pootjes” terug bij het Openbaar Ministerie. Ze miste het werk.
Een specialisatie met verantwoordelijkheid
Momenteel is Hoppenbrouwers officier van justitie bij de rechtbank Midden-Nederland. Ze doet daar voornamelijk jeugdzaken en is een van de persofficieren. Een persofficier is een officier die namens het Openbaar Ministerie optreedt als woordvoerder in de media en daarnaast de aanvragen voor opsporingsberichtgeving beoordeelt. De belangrijkste kwaliteiten die een persofficier nodig heeft? “Je moet niet bang zijn om in de schijnwerpers te staan. Daarnaast is het handig als je makkelijk uit je woorden komt,” aldus Hoppenbouwers.
Het omzetten van juridisch vakjargon naar Nederlandse spreektaal is voor Hoppenbrouwers niet ingewikkeld. Ze bereidt zich voor door samen met de persvoorlichter, die onder andere de persberichten schrijft, de mogelijke vragen met antwoorden die de media in een zaak hebben op een rijtje te zetten. Ze benadrukt: “Ik doe dit al best lang, waardoor ik goed weet hoe ik juridisch vakjargon moet omzetten, oefening baart kunst.”
Balanceren tussen voldoening en druk
Hoe is het Openbaar Ministerie eigenlijk als werkgever? Hoppenbrouwers beschrijft haar functie als dankbaar werk: “Het is een geweldig vak!” Daarnaast spreekt ze over een loyale werkomgeving waarin iedereen zich inzet. Wel waarschuwt ze voor de grote werkdruk en het bekende pijnpunt: de ICT-systemen bij het OM werken niet altijd even goed mee. Een lichtpuntje is dan weer wel dat het aantal officieren groeit.
“Leef je studentenleven”
Wat zou Hoppenbrouwers studenten mee willen geven? Ze heeft zelf met volle teugen van haar studententijd genoten; ze zat op kamers en was lid van een studievereniging. Ondanks haar studieschuld was het de geweldigste tijd van haar leven en heeft ze er veel vrienden aan over gehouden. Ze raadt dan ook niet voor niets aan om op kamers te gaan, de wereld te ontdekken en te leren om zelfstandig te zijn. “Zorg ervoor dat je zoveel mogelijk levenservaring opdoet, want dat doe je niet op door alleen maar in je studieboeken te zitten, maar door te leven.”
Boek ‘Familiezaken’
In juni 2021 kwam haar boek Familiezaken uit. Hierin deelt Hoppenbrouwers rechtszaken en gebeurtenissen die haar zijn bijgebleven en schrijft ze over de wisselwerking tussen haar werk en haar privéleven. Ze wil graag het menselijke gezicht van de officieren laten zien omdat “officieren ook maar mensen van vlees en bloed zijn”. Hoppenbrouwers benadrukt dat mensen meer begrip krijgen voor mensen in toga’s wanneer ze hun kwetsbaarheden tonen: “We proberen rekening te houden met alle facetten die er zijn, het is immers mensenwerk.” Daarnaast geeft ze aan dat officieren geen robots zijn en zelf ook bagage hebben. Dit is ook van invloed op hoe je in de rechtszaal staat.
De boodschap van het boek voor de lezer is dat iedereen behoefte heeft aan warmte, een luisterend oor en veiligheid. Een kind dat niet gezien wordt door zijn ouders heeft bijvoorbeeld meer kans om in de criminaliteit te belanden. Ook voor Hoppenbrouwers zelf leverde het schrijven van het boek wat op: ze kwam erachter welke kwesties ze het liefste behandelt, namelijk die waarin mensen ongevraagd aangetast worden in hun veiligheid.
Meer zien van Hoppenbrouwers? Naast het boek was ze gastdocent in deze aflevering van Dreamschool waarin haar passie voor het jeugdrecht duidelijk naar voren komt. Naar eigen zeggen was dit een van de mooiste dingen die ze heeft gedaan voor televisie.
Meer leren over de praktijk achter de rechtenstudie? Lees dan ook de andere interviews in de rubriek Na de Studie.