Lucienne van der Geld, woonachtig in Utrecht, zit bepaald niet stil. Ze is directeur van Netwerk Notarissen, doceert bij het Centrum voor Notarieel Recht aan de Radboud Universiteit en is geregeld op een notariskantoor te vinden om ‘voeling’ te houden met de notarispraktijk. Ook twittert zij onder de naam Lucy’s law.
Door Ilona Mertens / Foto: Kairos Fotografie
Van der Geld was tijdens haar studie notarieel recht aan de Universiteit Utrecht al een bezig bijtje, maar wist studie en ontspanning prima te combineren: ‘Ik heb met volle teugen van mijn studententijd genoten!’
Nog steeds is die afwisseling belangrijk: haar werkdagen bestaan uit besprekingen, vergaderingen, cursussen en colleges. Van der Geld houdt van mensen om zich heen. ‘Zzp’er worden is dus niet voor mij weggelegd. Als ik dat wel was, zou ik in een café gaan werken.’ Haar werkdag loopt vaak door tot in de avonduren. ‘Behalve op vrijdagavond. Dan probeer ik meestal ‘vrij’ te zijn zodat er tijd is om uit eten te gaan, naar het theater of mijn guilty pleasure: om ‘the blind auditions’ van The Voice te zien..’
Mr. Law
Veel werken vraagt om een stevige thuisbasis, die Van der Geld vindt in haar man, die ze in haar columns voor het universiteitsmagazine Vox omschrijft als ‘Mr. Law’ en notaris is. ‘De verdeling bij ons is als volgt: Ik zorg thuis voor de catering, de muzikale omlijsting en de styling van de woning; Mr. Law regelt de rest.’
Naast haar columns voor Vox twittert ze onder de naam Lucy’s law. ‘Ik zie de sociale media als een van de manieren om te weten wat er speelt in de maatschappij. Van vragen en opmerkingen van niet-juristen op mijn posts leer ik veel: hoe kijken niet-juristen tegen bepaalde onderwerpen aan?’
Hedendaagse rechtenstudent
De rechtenstudent van nu is een wereld van verschil met twintig jaar geleden. ‘Ik vind dat er vanuit de universiteiten veel van de hedendaagse rechtenstudent wordt verlangd. Anderzijds zie ik dat er studenten zijn die door de moderne middelen liever een hoorcollege tien keer terugkijken dan het boek of de wet lezen. In mijn studententijd waren er nauwelijks essays en verplichte werkgroepen waren nog niet echt uitgevonden. Gelukkig was er ook nog geen Facebook of Instagram om te laten zien dat je een heel chill leven leidt. Die druk komt er voor de hedendaagse student namelijk ook nog bij. Om nog maar over de financiële perikelen (studiefinanciering versus leenstelsel) te zwijgen.’
Zelf ondervindt Van der Geld geen problemen om haar studenten bij de les te houden. ‘De vakken die ik doceer zijn super interessant en gaan over het leven van alledag. Ik hoef alleen maar naar de actualiteit te vertalen naar de lesstof zodat de studenten voorbeelden hebben die inzicht geven in de stof. Dus met Kim Kardashan, Patricia Paay en de Roelvinkjes kom ik de colleges wel door.’
Studietip
Als tip wil Van der Geld rechtenstudenten meegeven dat ze zich niet te sterk op hun collegeaantekeningen moeten focussen. ‘De colleges zijn eigenlijk alleen maar bedoeld om studenten enthousiast te maken over de studiestof.’ Ook vindt ze dat studenten soms te weinig met het wetboek doen, zowel tijdens het college als tijdens het studeren. ‘Als je gaat studeren zou ik eerst kijken hoe de wet in elkaar steekt. Dus kijk eerst naar de structuur van de wet. Dan weet je ongeveer welke bepalingen waar staan. Als je een studieboek leest, lees dan ook de wetsartikelen erbij. En wat ook goed helpt is jezelf vragen stellen over de stof en dan op zoek gaan naar het antwoord: “Wat nou als…”.’
Op de vraag welke wet of regel zij wel zou willen wijzigen, antwoordt ze: ‘Ik zou kiezen voor een modernisering in het familierecht of het erfrecht en het belastingrecht. Op een aantal onderwerpen van die rechtsgebieden blijft de modernisering ver achter. Het gaat dan vooral om onderwerpen zoals ongetrouwd samenwonende partners, digitale bezittingen en huwelijk en overlijden, uppies en erfbelasting en de legitieme portie voor afstammelingen.’
Toekomst
Van der Geld denkt eigenlijk niet zo ver vooruit. Het enige plan dat zij voor de toekomst heeft, is een proefschrift schrijven. ‘Verder hoop ik dat ik over tien jaar nog steeds gelukkig ben in welk werk ik dan ook doe.’