Vrouwen die ongeschikt zijn voor het moederschap zouden door een rechter gedwongen moeten kunnen worden om anticonceptie te nemen. Dat vindt oud-kinderrechter Cees de Groot. De Groot heeft zijn zienswijze uitgewerkt in een petitie, die inmiddels is ingediend bij de Tweede Kamer.
Door Sophie Karatzas
Samen met voormalig VVD-senator Heleen Dupuis is De Groot lid van de ‘Beraadgroep verplichte anticonceptie’. Hij vindt dat officieren van justitie en de Raad voor de Kinderbescherming een verzoek moeten kunnen indienen bij de rechter om een vrouw tijdelijk te dwingen tot het innemen van anticonceptie in de vorm van een prikpil of anticonceptie-implantaat.
Voor toepassing van de dwangmaatregel moet volgens De Groot sprake zijn van een kwetsbare en niet leerbare vrouw, die niet geschikt is voor het ouderschap, weigert om een voorbehoedsmiddel te gebruiken en kampt met persoonlijke problemen. Daarbij kan gedacht worden aan verslavingsproblematiek, een psychiatrische aandoening of een verstandelijke beperking. Ook wanneer een vrouw zich in een zeer instabiele relatie bevindt of besmet is met hepatitis B, hepatitis C of hiv zou tijdelijke dwanganticonceptie mogelijk moeten zijn, vindt De Groot. Hetzelfde geldt voor vrouwen die reeds kinderen hebben die uit huis zijn geplaatst als gevolg van hun problematiek.
Voornoemde vrouwen vormen volgens de Beraadgroep een gevaar voor hun toekomstige kinderen, aangezien er een kans bestaat dat deze kinderen te maken zullen krijgen met kindermishandeling of verwaarlozing. “Zulke vrouwen krijgen ook kwetsbare kinderen en ik vind het ethisch als we proberen dat te voorkomen. Dat is kiezen uit de minste van twee kwaden”, vertelt Dupuis. Bovendien vindt De Groot dat men in kwesties als deze de belangen van het kind niet uit het oog mag verliezen. “Met deze petitie willen we het ‘toekomstige’ kind van ouders die er niet voor kunnen zorgen een stem geven”, aldus De Groot.
Strijd met mensenrechten?
Ten aanzien van de vraag of dwanganticonceptie strijd oplevert met fundamentele mensenrechten, valt er het een en ander te zeggen. Het College voor de Rechten van de Mens heeft zich op zijn website reeds uitgelaten over de kwestie. Zo meldt het dat dwanganticonceptie, als zijnde een onvrijwillige medische behandeling, een inbreuk oplevert op de lichamelijke integriteit, die tezamen met het recht op zelfbeschikking wordt beschermd in artikel 8 van het EVRM.
Tevens stelt het College dat het toedienen van een verplichte en onvrijwillige prikpil of anticonceptie-implantaat niet in lijn is met het zelfbeschikkingsrecht en de reproductieve vrijheid die artikel 12 van het Vrouwenverdrag toekent. Bovendien wordt de reproductieve vrijheid in artikel 23 van het VN-Verdrag Inzake de Rechten van Personen met een Handicap ook aan vrouwen met een verstandelijke beperking toegekend, terwijl dit juist een categorie vrouwen is waarvan De Groot en Dupuis vinden dat verplichte anticonceptie mogelijk moet zijn.
Verplichte anticonceptie en het respecteren van de grondrechten van de vrouwen in kwestie kunnen volgens het College niet door één deur. “Staten moeten er alles aan doen om kindermishandeling te voorkomen en te bestrijden. Het toedienen van verplichte anticonceptie is echter niet effectief en vanuit het oogpunt van mensenrechten onaanvaardbaar”, aldus het College.
Reactie politiek
Steun voor het voorstel is onder politieke partijen nog ver te zoeken. Zo is de VVD zeer terughoudend en ook GroenLinks en de PvdA zouden zich gereserveerd opstellen tegenover de petitie. Verder vindt Kees van der Staaij (SGP) dat de overheid principieel de grens nooit over moet gaan om te bepalen wie kinderen mag krijgen, en wie niet. Pia Dijkstra (D66) zegt op haar beurt grote moeite te hebben met het dwangelement en beschrijft de kwestie als ‘uiterst gevoelig’. Ze wil meer informatie over de kwestie, net als Maarten Hijink (SP), die opwerpt om advies in te winnen bij de Gezondheidsraad.