Verplicht E-herkenning gebruik heeft geen wettelijke basis

De rechtbank Gelderland heeft een ondernemer gelijk gegeven over het gebruik van E-herkenning. Het digitale inlogprogramma kan niet verplicht worden gebruikt voor het doen van belastingaangiftes. De belastingdienst mocht dan ook geen naslagheffing opleggen.

Door Caspar Bottemanne

Voor het doen van bepaalde belastingaangiftes dienen belastingplichtige gebruik te maken van het programma E-Herkenning. E-herkenning is een digitaal inlogprogramma dat wordt gebruikt bij het inloggen van verschillende overheidsdiensten. Het programma is privaat-publiek product, gebruikers moeten ervoor betalen. Belastingplichtigen dienen voor bijvoorbeeld de aangifte vennootschapsbelasting in te loggen met E-herkenning en hier zelf voor te betalen. Althans, dat werd zo gesteld door de belastingdienst.

Rechtbankzaak

In een belastingrechtzaak bij de rechtbank Gelderland hoeft een eiser geen naslagheffing te betalen vanwege het niet gebruiken van het programma E-herkenning. De eiser, een ondernemer die aangifte vennootschapsbelasting moest invullen, weigerde te betalen voor E-herkenning en kon zodoende niet digitaal aangifte doen. De belastingdienst legde een naheffingsaanslag op voor het niet doen van aangifte.
In de zaak stelde de ondernemer, onder meer, dat de belastingdienst geen wettelijke basis had om haar te verplichten E-herkenning aan te schaffen om de aangifte te doen. De rechter is het hier mee eens. De belastingdienst zou deze basis wel kunnen hebben als er een specifieke wettelijke bepaling wordt ingevoerd die dit verplicht, maar die is er (nog) niet. Ook sluit het verplicht aanschaffen van E-herkenning niet bij al bestaande regelingen in de AWB en AWR.

De gevolgen van deze uitspraak? In ieder geval hoeft de onderneemster de naheffingsaanslag niet te betalen. Of dit voor andere belastingbetalers ook geldt, is niet duidelijk. Wel zijn er sinds het grootschalig gebruik van E-herkenning veel klachten. Een groot deel over het verplicht aanschaffen.