Verhuurders dagen Staat voor de rechter om beperkingen huurverhoging

Fair Huur, een stichting die honderden particuliere verhuurders vertegenwoordigt, spande onlangs een rechtszaak aan tegen de Staat. De stichting eist dat het demissionaire kabinet een einde maakt aan de zogeheten ‘WOZ-cap’, een maatregel die vorig jaar werd ingevoerd om huurwoningen betaalbaar te houden.

De Nederlandse woningmarkt staat al jaren onder enorme druk, wat vooral problemen oplevert voor huurders. Zo concludeerde de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) een jaar geleden na onderzoek dat ‘een gebrek aan aanbod en de steeds verder buiten bereik rakende koopwoningmarkt’ ervoor zorgen dat steeds minder mensen toegang hebben tot een betaalbare huurwoning in de vrije sector. Verhuurders van deze woningen zijn niet gebonden aan een maximale huurprijs en hebben zodoende de vrije hand in het doorvoeren van huurverhogingen. Hierdoor kon het bijvoorbeeld gebeuren dat huurders in 2021 zes procent meer betaalden voor een huurwoning in de vrije sector dan het jaar ervoor.

De afgelopen zomermaanden lieten wederom een flinke stijging in de huurprijzen zien. Pararius, een onafhankelijke woningwebsite, becijferde dat huurders in de vrije sector ruim vijf procent meer kwijt waren ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Het woningaanbod voor nieuwe huurders nam tegelijk met ruim dertig procent af en is nog altijd dalende. Verhuurders zouden er steeds vaker voor kiezen om leegstaande woningen niet langer te verhuren, maar te verkopen. Dit is volgens Pararius het gevolg van overheidsmaatregelen die de ‘speelruimte’ voor verhuurders beperken. Zo zijn er plannen om ook voor huurwoningen in de vrije sector een maximale huurprijs in te voeren en zouden verhuurders niet blij zijn met de ‘WOZ-cap’.

‘Massale verkoop’

De WOZ-cap werd anderhalf jaar geleden ingevoerd en is erop gericht om huurwoningen betaalbaar te houden. Verhuurders mochten tot de invoering van de maatregel zelf bepalen in hoeverre ze bij het bepalen van de huurprijs rekening hielden met de geschatte marktwaarde van een woning. De maatregel zorgde ervoor dat zij deze WOZ-waarde tot een maximum van 33 procent mochten meetellen bij het bepalen van de huurprijs, wat tot lagere lasten voor huurders moest leiden. De huurprijzen vielen in de praktijk echter zo laag uit dat de betreffende woningen in de sociale huursector terechtkwamen, wat vanwege de wettelijk gemaximeerde huurprijs in die sector veel minder aantrekkelijk is voor verhuurders.

Zij hebben zich inmiddels verenigd in de stichting Fair Huur. De stichting spande onlangs een rechtszaak aan tegen de Staat om de WOZ-cap zo snel mogelijk van tafel te krijgen. Fair Huur meent dat de maatregel niet bijdraagt aan een ‘normale markthuur in balans’. De WOZ-cap zorgt er volgens de stichting voor dat verhuurders het niet meer aandurven om in hun panden te investeren, wat tot een ‘massale verkoop’ van die panden zou hebben geleid. Het woningaanbod in de vrije sector neemt hierdoor verder af, terwijl het woningtekort juist alsmaar nijpender wordt. “Investeringsvolumes van particulieren en private ondernemingen voor de bus gooien, helpt niet bij het bouwen van meer woningen”, aldus de stichting. 

Het is niet bekend wanneer de rechter zich over de zaak zal gaan buigen. Fair Huur zegt er tot die tijd alles aan te zullen doen om alsnog met het demissionaire kabinet tot afspraken te komen. Daarbij benadrukt de stichting nog eens extra dat zij de rechtszaak niet heeft aangespannen om extreem hoge huurprijzen in stand te houden.