17 januari 2023 stemde de Eerste Kamer in met een initiatiefwijziging van artikel 1 van de Grondwet. 56 senatoren stemden voor, vijftien tegen. Met deze stemming is voortaan discriminatie op grond van handicap of seksuele gerichtheid expliciet verboden.
Door Gracièla van Duinkerken
De wetswijziging betreft artikel 1 van de Grondwet. Hierin staat dat discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, niet is toegestaan. De indieners wilden hiernaast ‘seksuele geaardheid’ en ‘handicap’ expliciet toevoegen aan de non-discriminatiegronden. De gedachte is dat dit een bevestiging en verankering zou zijn van de acceptatie en emancipatie van mensen met een functionele beperking en de gelijke behandeling tussen hetero’s en homo’s.
Een grondwetswijziging gebeurt in twee lezingen en moet twee keer door de Tweede Kamer en twee keer door de Eerste Kamer aangenomen worden. In de eerste lezing werd op 30 juni 2020 het wetsvoorstel in de Tweede Kamer aangenomen en op 9 februari 2021 stemde ook de Eerste Kamer in. Op 25 februari 2021 is het voorstel ingediend voor tweede lezing. De Tweede Kamer stemde daarmee in en op 17 januari 2023 heeft de Eerste Kamer de voorgestelde wijziging aangenomen.
Met het aannemen van de wetswijziging luidt artikel 1 van de Grondwet voortaan als volgt: “Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, handicap, seksuele gerichtheid of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”