Smartengeld, niet eens een pleister voor op de wond

In Nederland wordt smartengeld uitgekeerd aan de hand van de ‘Smartengeldgids van de ANWB’. Hierin staan allerhande uitspraken van rechters over de vaststelling van de smartengeldvergoeding in verschillende zaken. In vergelijking met andere landen, is Nederland, op z’n minst, erg zuinig bij het uitkeren van smartengeld.

Door Bram de Jong

Wanneer een slachtoffer pijn of gederfde levensvreugde heeft geleden, staat daar een vergoeding tegenover, welke smartengeld wordt genoemd. Omdat dit leed niet door middel van een rekenmodel kan worden vastgesteld, wordt de hoogte bepaald aan de hand van vergelijkbare zaken uit de Smartengeldgids van de ANWB en volgens de wet ‘naar billijkheid vastgesteld’.

Andere Europese landen keren gemiddeld hogere smartengeldvergoedingen uit dan Nederland. Kijk bijvoorbeeld eens naar Duitsland. In 2013 speelde daar een zaak, waarin de Duitse rechter een smartengeldvergoeding van 650.000 euro toekende aan het slachtoffer. Dit is vier keer hoger dan de hoogste vergoeding in Nederland ooit.

Doordat in Nederland gekeken wordt naar vergelijkbare zaken in het verleden, zijn de uitkeringen voor smartengeld relatief laag gebleven. Na een storm van kritiek, besloot het Hof van Arnhem & Leeuwarden eind 2014 de smartgeldvergoeding in een aantal zaken met 10% te verhogen.

Ondanks deze verhoging, is de smartengeldvergoeding in Nederland nog altijd relatief laag. Het is te hopen voor alle toekomstige letselslachtoffers, dat de smartengeldvergoeding ooit flink om hoog zal gaan.