Reisorganisaties zijn het oneens met het besluit van de gemeente Den Haag om fossiele reclames in de openbare ruimte te verbieden. Het verbod is volgens hen een inperking van de vrijheid van meningsuiting en dus stapt de reisbranche naar de rechter.
Vorig jaar kondigde de gemeente Den Haag aan dat fossiele reclames uit het straatbeeld zouden verdwijnen. Reclames voor onder meer vliegvakanties en benzineauto’s zouden bijdragen aan de klimaatcrisis, zo stelde milieuwethouder Robert Barker. “De landelijke regering doet vrij weinig, dus kijken we naar lokale maatregelen. We willen een stad áán zee zijn, niet ín zee,” aldus Barker. Het plan haalde een nipte meerderheid in de Haagse gemeenteraad en is op 1 januari 2025 in werking getreden. Al eerder probeerden andere gemeenten een dergelijk reclameverbod in te stellen, maar nooit eerder werd dit daadwerkelijk doorgevoerd.
Het verbod van de gemeente stuit op kritiek van de reisbranche. De Algemene Nederlandse Vereniging van Reisondernemingen (ANVR) en reisaanbieder TUI stappen daarom naar de rechter met een beroep op de vrijheid van meningsuiting. Zij stellen dat ook commerciële reclames onder dit grondrecht vallen. Met het beperken van een grondrecht moet namelijk een bepaald doel gediend zijn, in dit geval het terugdringen van broeikasgassen en het verbeteren van de luchtkwaliteit. Maar de reisorganisaties geven aan dat dit verbod het beoogde doel niet zal bereiken. “Uit niets blijkt dat dit verbod dat effect zal hebben,” aldus de advocaten van de reisbranche. Zo blijkt uit onderzoek dat de luchtvaart nauwelijks invloed heeft op de luchtkwaliteit in Den Haag. Daarmee zou er sprake zijn van een ongeoorloofde inbreuk op de vrijheid van meningsuiting.
De gemeente houdt voet bij stuk en stelt dat het verbod essentieel is voor het behalen van de klimaatdoelstellingen. “De opwarming van de aarde houdt zich niet aan de gemeentegrenzen. Dus vandaar dat dit verbod wel degelijk invloed heeft op inwoners van de stad.”
Reacties uit de praktijk
Omdat Den Haag de eerste gemeente is die een reclameverbod doorvoert, is het nog onduidelijk wat de rechter zal beslissen. Uit de praktijk klinken verschillende geluiden. Advocaat Anita Nijboer geeft aan dat een verbod op reclames op nationaal niveau geregeld moet worden, net zoals dat voor tabak en gokken. Zij denkt dan ook dat de procedure van de reisbranche kans van slagen heeft. Anderen stellen dat reclames slechts een commercieel doel dienen, waardoor een beroep op de vrijheid van meningsuiting niet op zou gaan. De uitspraak, die over 2 weken zal plaatsvinden, kan grote gevolgen hebben voor andere gemeenten en brancheorganisaties door heel het land.