Rechter met politieke ambities heeft pech

Een lidmaatschap van de Eerste of Twee Kamer gaat niet samen met het uitoefenen van het ambt van rechter, vinden de Rechtspraak, de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak en de Presidentenvergadering. Zij pleiten voor het wettelijk vastleggen hiervan. 

Waar de wetgever het samengaan van deze werkzaamheden in 1993 nog niet onmogelijk wilde maken, werd er sindsdien steeds meer gehamerd op een duidelijkere scheiding der machten. In 2011 kwam dit al dwingerder tot uitdrukking in de Rechterscode van de NVvR: ‘De rechter aanvaardt geen volksvertegenwoordigende functie.’

De drie organisaties noemen ‘het wettelijk vastleggen van de incompatibiliteit van het ambt van rechter met een lidmaatschap van de Eerste en Tweede Kamer’ in een brief aan minister Sander Dekker van Rechtsbescherming noodzakelijk: ‘De rechterlijke macht vormt één van de pijlers van onze democratische rechtsstaat. Blijvend vertrouwen is daarvoor essentieel.’

Momenteel zijn er geen rechters die deel uitmaken van het parlement. In het verleden was dat wel het geval, waaronder bij Jeroen Recourt (PvdA), Aleid Wolfsen (PvdA) en Boris Dittrich (D66). Zij gingen in die periode met buitengewoon verlof.