Rechter: ING mocht bankrekening van stichting Viruswaarheid opzeggen

ING heeft de bankrekening van stichting Viruswaarheid terecht opgezegd. Dat heeft de rechtbank in Amsterdam onlangs geoordeeld. Viruswaarheid-voorman Willem Engel gaat tegen de uitspraak in hoger beroep, omdat zijn stichting volgens hem nu geen inkomsten meer kan genereren en zodoende ‘effectief verboden’ is.

Willem Engel en zijn stichting Viruswaarheid verloren de laatste jaren zoveel rechtszaken, dat ze niet eens meer op twee handen te tellen zijn. Zo viste de stichting achter het net in verschillende rechtszaken over de afschaffing van coronamaatregelen als de avondklok en de mondkapjesplicht. Daar kwam afgelopen zomer ook nog een uitspraak van de Rotterdamse rechter bij, die inhield dat Engel strafrechtelijk mocht worden vervolgd voor opruiing. De (voorlopig) nieuwste zaak in de indrukwekkende verzameling verloren rechtszaken vond enkele weken geleden plaats. Viruswaarheid stond toen in de rechtbank in Amsterdam lijnrecht tegenover ING, de bank waarmee Willem Engel al bijna drie jaar in de clinch ligt.

Vertrouwensbreuk

ING besloot in november 2020 de bankrekening van Viruswaarheid per direct op te zeggen, omdat in de relatie met de stichting een ‘onherstelbare vertrouwensbreuk’ was ontstaan. Deze breuk had volgens de bank meerdere oorzaken. Zo zou Willem Engel in de media uitlatingen hebben gedaan over ‘acties bij ING-kantoren’ en een verplicht witwasonderzoek hebben willen omzeilen door zonder toestemming de financiële gegevens van zijn stichting te veranderen. Daarnaast is Viruswaarheid in de ogen van ING niet transparant geweest over enkele binnengekomen donaties. Engel zou die donaties hebben gebruikt om voor zichzelf een stuk grond te kopen op het Canarische eiland Fuerteventura.

Engel ontkent tot op de dag van vandaag alle beschuldigingen. Hij vindt dat ING ‘de boel bij elkaar liegt’ en spande een kort geding aan. De rechtbank in Amsterdam gaf Engel in eerste instantie gelijk en oordeelde vorig jaar dat de gevolgen van het opzeggen van de bankrekening te groot zijn voor Viruswaarheid. De stichting kan zonder bankrekening immers geen donaties meer ontvangen en blijft zo volgens de rechter verstoken van haar enige bron van inkomsten. ING moest Viruswaarheid dan ook gedurende in elk geval vier maanden weer toegang geven tot haar bankrekening.

Vier maanden later bevroor ING de bankrekening van Viruswaarheid opnieuw, waarop Engel weer naar de rechter stapte. Hij betoogde in de rechtszaal dat het bevriezen van de bankrekening nu nog rampzaliger uitpakte voor zijn stichting, omdat geen enkele andere bank met ‘coronaontkenner’ Engel in zee wil gaan. Een definitief verlies van de ING-rekening zou dan ook betekenen dat de stichting ophoudt te bestaan en haar doelen niet meer kan nastreven. Dat wil Engel natuurlijk voorkomen: Viruswaarheid heeft in zijn ogen zelfs het recht om er bij ING een zakelijke bankrekening op na te houden.

Belangenverstrengeling

Daar denkt de Amsterdamse rechter inmiddels anders over. Die oordeelde onlangs dat Viruswaarheid ‘niet integer heeft gehandeld’ en de belangen van ING heeft geschaad. Daarbij wordt Engel vooral aangerekend dat hij met donaties voor zichzelf een stuk grond heeft gekocht en een verplicht witwasonderzoek probeerde te omzeilen. De rechter spreekt in dit kader zelfs van ‘serieuze aanwijzingen voor belangenverstrengeling’. De rechter geeft toe dat Viruswaarheid zonder bankrekening ‘geen kant op kan’, wat volgens hem onwenselijk is. Toch weegt dit niet op tegen de belangen van ING, van wie volgens de rechter niet kan worden gevergd dat zij onder deze omstandigheden een bankrelatie aangaat met Viruswaarheid of Willem Engel.

Engel reageerde verbaasd op de uitspraak van de rechter en kondigde vrijwel direct aan in hoger beroep te gaan. “Wat ons steekt, is dat alles wat op de zitting besproken is, niet in het vonnis terugkomt, inclusief onze bewijzen”, aldus Engel. Jeroen Pols, de jurist van Viruswaarheid, stelt dat de rechter de stichting ‘monddood’ heeft gemaakt. “Als wij geen bankrekening meer hebben, dan ben je niet meer in staat een tegengeluid te laten horen. Dat is een heel duidelijk teken dat democratie en rechtspraak niet langer bestaan in Nederland”.