Kosten die pleegouders maken in het kader van de kinderopvang dienen te worden vergoed. Op dit moment draaien zij zelf op voor deze kosten, maar daar steekt de bestuursrechter nu een stokje voor. De rechterlijke uitspraak kan grote financiële gevolgen hebben voor pleegzorgaanbieders door het hele land.
Kinderen die door de rechter gedwongen uit huis zijn geplaatst worden opgevangen door pleegouders. De kosten die zij vervolgens maken in het kader van de opvoeding en verzorging van de kinderen, moeten volgens de Jeugdwet worden vergoed. Daarom verzochten twee pleeggezinnen om vergoeding van de kinderopvang. Regionale pleegzorgaanbieder Parlan, die in opdracht van verschillende gemeenten werkt, wees het verzoek af. Zij stelde zich op het standpunt dat niet zij, maar de gemeente beslist of bepaalde kosten vergoed worden. Daarbij werd gebruik gemaakt van een lijst met veelvoorkomende bijzondere kosten die vergoed moeten worden. Echter, de kinderopvang stond niet op deze lijst. Daarom werden de gezinnen doorverwezen naar de gemeente.
Beslissing van de rechtbank
Het besluit van Parlan is onjuist, zo oordeelt de rechtbank. De Jeugdwet bepaalt namelijk dat niet de gemeente, maar de pleegzorgaanbieder bepaalt of er sprake is van bijzondere kosten. Of en hoe deze kosten vergoed worden, is ook de verantwoordelijkheid van de pleegzorgaanbieder. Nu Parlan de kosten voor de kinderopvang beschouwt als bijzondere kosten, moeten de pleeggezinnen in aanmerking komen voor een vergoeding. Parlan dient daarom binnen 6 weken een nieuw besluit te nemen. Volgens de Nederlandse Vereniging Pleeggezinnen is het overduidelijk wat dat besluit moet inhouden: “Opvang is aangemerkt als bijzondere kosten en moet vergoed worden. Wij zijn heel bij met deze uitspraak”, aldus directeur-bestuurder Remco Oosterhoff.
Gevolgen
De beslissing van de rechtbank kan grootschalige gevolgen met zich meebrengen. Het besluit gaat namelijk gelden voor alle pleegzorginstanties in het land. Daarbij kan met terugwerkende kracht vergoeding worden gevraagd, tot een periode van vijf jaar terug. “Het gaat waarschijnlijk in totaal om miljoenen euro’s die betaald moeten worden in heel Nederland”, vertelt Oosterhoff. Naar schatting zal voor elk jaar ongeveer 17 miljoen euro vergoed moeten worden. De vraag is wie deze kosten gaat betalen. Parlan geeft aan onvoldoende geld ter beschikking te hebben om de kinderopvang te vergoeden, laat staan met terugwerkende kracht. “Met een beetje pech wordt er heen een weer geschoven wie er nu de portemonnee moet trekken. Zorgaanbieders die wijzen naar gemeenten en gemeenten die weer wijzen naar het Rijk”, waarschuwt Oosterhoff.
Daarom overweegt Parlan in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak van de rechter. Parlan-bestuurder Peter van Wijk: “Eén ding is zeker: als we dat doen, dan is dat niet om de pleegouders dwars te zitten, maar om duidelijkheid te krijgen over wie de kosten moet betalen.”