Onvoldoende wettelijke bescherming voor uithuisgeplaatste kinderen

De rechtsbescherming van ouders en kinderen die te maken krijgen met een uithuisplaatsing is om meerdere redenen gebrekkig. Dat blijkt uit de factsheet van de onderzoekers bestaande uit juristen en pedagogen, in opdracht van de Tweede Kamer en de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW).

Door Özge Tatar

Zo komt het onder meer voor dat de betrokkenen in spoedprocedures niet worden gehoord en de kinderrechter een beperkte rol heeft en niet sturend kan optreden ten aanzien van de uitvoeringsorganisatie. Daarbij komt naar voren dat de rechters weinig ruimte hebben om te beoordelen of een uithuisplaatsing noodzakelijk is of dat kan worden volstaan met een minder vergaande maatregel. Ook is er volgens de onderzoekers sprake van een open rechtsgrond, omdat de wet niet helder is over de mogelijke situaties om een kind uit huis te plaatsen. Dit leidt tot rechtsonzekerheid, terwijl juist moet worden voorkomen dat de kinderen onterecht uit huis worden geplaatst. Volgens de nieuwste cijfers van het CBS zijn er 1675 kinderen van de slachtoffers van de toeslagenaffaire uit huis geplaatst, mogelijk als gevolg van de financiële problemen van hun ouders. Dit terwijl geldproblemen geen reden op zich is om de kinderen op grond van de wet uit huis te plaatsen. De motivatie van een verzoek tot uithuisplaatsing door de Raad voor de Kinderbescherming moet beter, omdat een dergelijk verzoek nu vooral berust op een standaardmotivering.

Gezinshereniging

Een ander zorgpunt is dat de wet niet aangeeft om welk doel een kind uit huis wordt geplaatst, waardoor de rechter niet kan bepalen of een doel uiteindelijk is behaald of kan oordelen over de noodzaak van de uitplaatsing. Ook is er onvoldoende grip op de vraag of er voldoende wordt gedaan aan gezinshereniging. Er zijn gevallen dat een terugkeer van het kind naar de eigen ouders niet meer in het belang is van het kind, omdat een kind en het pleeggezin al zodanig aan elkaar zijn gehecht. De rechters proberen de regie wel meer naar zich toe te trekken, door bijvoorbeeld een machtiging tot uithuisplaatsing voor korte duur te verstrekken.

Tijdig juiste hulp en (juridische) ondersteuning

Tot slot doen de onderzoekers meerdere aanbevelingen, zoals het tijdig inschakelen van de juiste hulp om een uithuisplaatsing zoveel mogelijk te voorkomen. Een andere aanbeveling is het wijzigen van de rechtsgrond voor uithuisplaatsing en het faciliteren van juridische ondersteuning van de kinderen en hun ouders bij een uithuisplaatsing.