Radovan Karadzic, de voormalige Bosnisch-Servische president, heeft in hoger beroep levenslang gekregen. Hij wordt gezien als politiek eindverantwoordelijke voor de genocide in Srebrenica in 1995.
Door Eline van der Zwaag
In maart 2016 kreeg de 73-jarige oud-president een gevangenisstraf van 40 jaar opgelegd door het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag. Radovan Karadzic wist lang uit handen te blijven van het tribunaal, maar werd uiteindelijk in 2008 opgepakt.
Karadzic werd door het tribunaal schuldig bevonden aan misdaden tegen de menselijkheid, zoals moord, uitroeiing, terreur, vervolging en deportatie in de burgeroorlog in Bosnië. Hij was tot 1996 de leider van het Servische deel binnen Bosnië en daarmee opperbevelhebber. Onder zijn bewind vond in 1995 de genocide in Srebenica plaats, waarbij duizenden moslimmannen en -jongens werden gedood.
Het Joegoslavië-tribunaal is eind 2017 opgeheven nadat het 24 jaar lang aanklachten had behandeld die waren ingediend tegen verdachten van oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide. Militairen, burgers, politici en staatshoofden stonden terecht.
Naast Karadzic stonden ook andere hooggeplaatsten, namelijk Milosevic en Mladic terecht. Slobodan Milosevic, toenmalig president van Servië, overleed in 2006 in zijn Haagse cel. Ratko Mladic werd op 22 november 2017 veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf door het Joegoslavië-tribunaal. Het tribunaal hield hem verantwoordelijk voor de ergste oorlogsmisdaden in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog en achtte hem schuldig aan onder meer genocide, moord en terreur. In 2017 verscheen een uitgebreid artikel over Mladic op deze site, lees dit artikel hier.
Karadzic werd vorige week veroordeeld door een speciale opvolger van het Joegoslavië-tribunaal, het Mechanism for International Criminal Tribunals (MICT). Dit is een VN-hof in Den Haag dat lopende zaken van het Joegoslavië-tribunaal en het Rwanda-tribunaal afhandelt. Het hof veroordeelde Karadzic tot levenslang omdat de eerder opgelegde straf te laag werd bevonden. De straf stond volgens het hof niet in verhouding met de misdaden die onder zijn bewind zijn begaan.