Kamermeerderheid steunt wetsvoorstel consumentenvuurwerkverbod

Een Kamermeerderheid heeft zich deze week achter het wetsvoorstel van GroenLinks-PvdA en Partij voor de Dieren geschaard. Hiermee komt een algeheel verbod op consumentenvuurwerk in zicht. Door steun van NSC en VVD lijkt het voorstel voldoende parlementaire steun te hebben, al worden er door deze partijen wel nadere voorwaarden gesteld aan de uitvoering.

In Nederland is knalvuurwerk uit categorie F3, zoals rotjes, Chinese matten en losse vuurpijlen, sinds december 2020 verboden. Tot op heden bleef siervuurwerk uit categorie F2 toegestaan, waaronder cakes, fonteinen, grondbloemen en compoundboxen. Deze vormen van vuurwerk worden nu eveneens geviseerd door de Tweede Kamer. Indien het verbod wordt ingevoerd, zal uitsluitend F1-vuurwerk – zoals sterretjes en knalerwten – nog verkocht en afgestoken mogen worden door consumenten.

De roep om een totaalverbod is de afgelopen jaren toegenomen, mede onder druk van politie, hulpdiensten, ziekenhuizen en verschillende grote gemeenten. Deze partijen signaleren jaarlijks een stijging van overlast, letselschade en onveilige situaties rond de jaarwisseling.

Voorwaarden van steunpartijen

Zowel VVD als NSC verbinden aan hun steun nadrukkelijke voorwaarden. Zij eisen onder meer een sluitend handhavingsplan, financiële compensatie voor ondernemers in de vuurwerkbranche en de mogelijkheid voor lokale (vergunningplichtige) vuurwerkshows via verenigingen. Deze randvoorwaarden zijn voor beide partijen essentieel voor de praktische uitvoerbaarheid van het verbod. De SGP en ChristenUnie spraken zich eerder al uit voor het behoud van centrale vuurwerkshows, mits goed gereguleerd.

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) steunt het voornemen tot een landelijk verbod, maar wijst op uitvoeringsvraagstukken en handhavingscapaciteit. Gemeenten dringen aan op landelijke afstemming, ook met buurlanden, om illegale import tegen te gaan. Tevens vragen zij om inzicht in de kosten en financiële ondersteuning.

De vuurwerkbranche uit nog kritiek op het verbod. Volgens branchevereniging Pyrotechniek Nederland is het voorstel desastreus voor ondernemers. Zij eisen een compensatiebedrag van 895 miljoen euro bij directe invoering van het verbod. Staatssecretaris Chris Jansen schat de overheidsbijdrage aanzienlijk lager, tussen honderd en 150 miljoen euro bij invoering per 2025. Bij invoering in 2026 zou dit bedrag dalen tot circa vijftig miljoen euro.

Inwerkingtreding onzeker

Hoewel de politieke steun nu voldoende lijkt voor wetgeving, is nog onduidelijk of het verbod al voor de komende jaarwisseling in werking treedt. Het kabinet werkt de komende maanden het wetsvoorstel verder uit, inclusief de gestelde randvoorwaarden en overleg met betrokken partijen.