Er moet meer rechters worden aangesteld met een immigratieachtergrond. Dat zegt D66-Kamerlid Maarten Groothuizen in het AD. ‘Rechters moeten herkenbaar zijn voor de gehele bevolking.’
Door Donny Buisman
Eerder dit jaar deed vertrekkend president Leendert Verheij van het Gerechtshof in Den Haag ook al een oproep tot meer etnische diversiteit in de rechtspraak.
Ongeveer twaalf procent van alle Nederlanders heeft een immigratieachtergrond. Dit is relatief veel wanneer duidelijk wordt dat slechts twee procent van de rechters een immigratieachtergrond heeft. ‘Onuitstaanbaar’, aldus D66. Verheij kreeg eerder bij zijn oproep al het verwijt dat maatregelen tot positieve discriminatie zullen leiden. Groothuizen benadrukt daarom dat het hem niet gaat om identiteitspolitiek. ‘Het gaat er nog steeds om dat de beste man of vrouw de baan krijgt, maar er vallen nu tijdens de werving van rechters te veel geschikte kandidaten met een migratieachtergrond af.’
De rechtspraak moet daarnaast volgens Groothuizen gemakkelijker worden gemaakt. Op dit moment wordt het zogeheten B1-taalniveau dat door de overheid wordt gebruikt op website niet gebruikt door rechters. Uitspraken zijn daarom voor veel mensen onbegrijpelijk. Een bekend verhaal tijdens het bestuderen van de jurisprudentiebundel voor het tentamen. Advocaten blijken er overigens ook een hand(je) van te hebben, een pleidooi van strafrechtadvocaat Inez Weski kende een zin van bijna 400(!) woorden.
Groothuizen meent daarnaast dat rechtbanken processen via het internet moeten gaan uitzenden. Geïnspireerd door de uitzendingen van de processen van het Joegoslaviëtribunaal zou dit de betrokkenheid bij de rechtspraak versterken. Een bijzondere vergelijking gezien het verschil tussen de aard van processen van het Joegoslaviëtribunaal en bewindszaken van de lokale rechtbank.