Amnesty International is een campagne gestart om te bewerkstelligen dat minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid “zijn” verkrachtingswet aanpast. Hierin ontbreken volgens de mensenrechtenorganisatie nog essentiële punten.
Grapperhaus stelde onlangs een wetsvoorstel op waarin ‘seks tegen de wil’ strafbaar wordt gesteld. Nu is het voor een veroordeling vaak noodzakelijk dat het slachtoffer aantoont dat zij of hij zich verzette of ‘nee’ zei. Als het aan de minister ligt, kunnen verdachten van seksueel geweld voortaan echter ook worden vervolgd als het slachtoffer verstijfde, huilde of aangaf pijn te hebben.
Volgens Amnesty verdient het wetsvoorstel nog enkele aanpassingen. De term ‘verkrachting’ wordt namelijk vermeden. Volgens Amnesty biedt het wetsvoorstel daarmee niet de erkenning die slachtoffers verdienen. “Het geeft een verkeerd signaal aan de samenleving,” stelt de organisatie in haar nieuwe campagne. “De definitie van verkrachting moet op de schop. Niet dwang en geweld moeten daarin de doorslaggevende factor zijn, maar het ontbreken van instemming. Daarom roepen we de minister op zijn wetsvoorstel aan te passen.” Verder speelt mee dat op ‘seks tegen de wil’ maar de helft van de maximumstraf staat die voor verkrachting kan worden opgelegd.
Praktijk
Grapperhaus zal zijn wetsvoorstel na het zomerreces richting de Raad van State en Tweede Kamer sturen. Of het wetsvoorstel in de praktijk zal leiden tot meer veroordelingen is de vraag. Volgens de Rotterdamse advocaat Nelleke Stolk, gespecialiseerd in jeugdrecht en slachtofferzaken, blijft de bewijslast een probleem. “In de rechtszaal is het in veel gevallen het verhaal van A tegenover het verhaal van B. Zonder fysiek bewijs […] zal het moeilijk blijven om aan te tonen dat de seks onvrijwillig was,” laat ze weten aan Trouw. De Amsterdamse strafadvocaat Micha Jonge-Vos sluit zich hier in hetzelfde artikel bij aan. Volgens hem wordt het begrip ‘dwang’ al breed geïnterpreteerd: “Daaronder verstaat de rechter veel meer dan alleen fysiek geweld. Als er sprake is van een groot leeftijdsverschil of een gezagsrelatie dan wordt dat ook meegewogen.”