Bedenktermijn bij abortus voorbij?

Onlangs werd gedebatteerd over het wetsvoorstel van D66, PvdA, GroenLinks en VVD waarin de verplichte bedenktijd van vijf dagen voor een abortus wordt afgeschaft. Een meerderheid in de Tweede Kamer lijkt de verplichte bedenktijd af te willen schaffen.

Door Gracièla van Duinkerken

Het initiatiefwetsvoorstel van D66, VVD, PvDA en Groenlinks is al bijna een jaar geleden ingediend, maar het toen geldende regeerakkoord blokkeerde behandeling van bepaalde medisch-ethische kwesties. Daardoor lagen de voorstellen lange tijd stil. In het nieuwe regeerakkoord hebben de partijen afgesproken dat dit een ‘vrije kwestie’ is, wat betekent dat Tweede Kamerleden zich bij medisch-ethische kwesties niet meer hoeven te houden aan de lijn die hun partij voorschrijft. Ze mogen stemmen volgens hun persoonlijke overtuiging en een eigen afweging maken.

Vijf dagen bedenktijd

Momenteel staat in de wet een verplichte minimale bedenktijd van vijf dagen voordat een zwangerschap afgebroken mag worden. Volgens de initiatiefnemers blijkt uit onderzoek dat vrouwen en artsen ook zonder een dergelijke verplichte bedenktermijn in staat zijn om een weloverwogen en zorgvuldig besluit te nemen. De huidige wet wordt vooral betuttelend en onnodig geacht en, terwijl het initiatiefwetsvoorstel zou bijdragen aan de autonomie. Met invoering van het voorstel zou voortaan in overleg bepaald kunnen worden welke bedenktermijn nodig is.

Kritiek op voorstel

Naast steun zijn er ook kritieken en bedenkingen bij het initiatiefwetsvoorstel. Zo zou in de huidige abortuswetgeving een balans tussen de autonomie van de vrouw en bescherming van het ongeboren leven zitten. Het sschrappen van de verplichte bedenktermijn doet volgens Kamerleden Stoffer (SGP) en Bikker (ChristenUnie) echter afbreuk aan de bescherming van het ongeboren leven. De beraadtermijn is in de ogen van Bikker daarnaast vooral belangrijk voor kwetsbare vrouwen die onder druk worden gezet. Volgens Palland (CDA) zou gekozen moeten worden voor een vaste beraadtermijn waarvan in overleg kan worden afgeweken. Deze beraadtermijn zou bijdragen aan de zorgvuldigheid en met name kwetsbare vrouwen de mogelijkheid bieden om hulp te zoeken en een weloverwogen besluit te nemen. Van Houwelingen (FvD) gaat nog een stap verder en vindt dat abortus alleen plaats zou mogen vinden in het geval van verkrachting, incest, levensgevaar voor moeder of ernstige afwijkingen bij het kind.

Op 2 februari 2022 gaat het debat verder en geven de initiatiefnemers en minister Kuipers (Volksgezondheid) een reactie op de inbreng van de Kamer. Binnenkort wordt in de Kamer ook over een andere medisch-ethische kwestie gesproken: het wetsvoorstel van PvdA en GroenLinks over de ‘abortuspil’. Die wet moet het mogelijk maken dat huisartsen een abortuspil mogen verstrekken. Ook voor dit wetsvoorstel lijkt een meerderheid in de Tweede Kamer te zijn.