Bijna 1.700 voortvluchtige criminelen ontlopen straf

Bijna 1.700 voortvluchtige criminelen zijn na hun veroordeling uit het zicht en dreigen daarmee hun straf te ontlopen. Dat blijkt uit het rapport ‘De onvindbaren’ dat donderdag is gepubliceerd.

Verdachten mogen hun proces in vrijheid afwachten als daartegen geen ernstige bezwaren bestaan. Heeft hij een celstraf opgelegd gekregen, dan moet de verdachte zich melden bij de penitentiaire oprichting. Gebeurt dat niet, dan halen agenten hem thuis op. En daar zit het probleem. De adressen kloppen niet altijd en niet alle politieagenten nemen het ophalen van deze criminelen even serieus. Onderzoekster Yvette Schoenmakers zegt tegen het NRC: ‘Sommige agenten denken dat ze het traceren van deze mensen even tussen de klussen door kunnen doen. Aanbellen en weer weg.’

‘Blijf betrokken’
Henny Sackers, hoogleraar sanctierecht aan de Radboud Universiteit, ziet graag dat politie en justitie meer investeren in het opsporen van deze criminelen. ‘Een strafrechtsysteem waarin de veroordeelde zijn straf zo makkelijk kan ontlopen, tast elke vorm van geloofwaardigheid aan. De rechercheurs die een zaak draaiden, kennen de criminelen en weten waar ze uithangen. Blijf ze volgen tot ze gevangen zitten.’

Dat is tegen het zere been van de Rotterdamse korpschef Frank Paauw. Sackers zou ’te veel vanuit de studeerkamer redeneren’. ‘Onze rechercheurs hebben het heel druk.’

Drie soorten voortvluchtigen
De voortvluchtigen zijn op te delen in sociaal zwakkeren (verslaafden, daklozen), opportunisten (zij hebben vaker gezeten en gokken dat ze niet worden gepakt) en de doorgewinterde criminelen, aldus politieman Herman de Wit, teamleider van het Fugitive Active Search Team (FAST) NL.

De indeling doet denken aan een piramide. Driekwart zit op de bodem met een openstaande straf van maximaal twee maanden, denk aan dealers, zakkenrollers en geweldplegers. De laag zware criminelen vormen de middenlaag, zij hebben straffen gekregen voor drugsdelicten, overvallen en straatroven. De top bestaat uit mensenhandelaren, zedendelinquenten en moordenaars. Zeven van hen hebben een gevangenisstaf van meer dan tien jaar uitstaan.

‘De onvindbaren’
Het rapport ontstond naar aanleiding van het onderzoeksprogramma Politie en Wetenschap. Onderzoekers analyseerden een databestand van ruim 11.000 voortvluchtige personen en bestudeerden 27 strafdossiers van inmiddels opgespoorde voortvluchtigen. Ook werden politieambtenaren, OM-medewerkers, reclassering, de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) en het Centraal Justitieel Incassobureau (CJI) geïnterviewd.

Van 1.690 voortvluchtigen verjaart de opgelegde gevangenisstraf volgend jaar.