EHRM 27-10-1993, NJ 1994, 534 (Dombo)

Dombo-arrest, EHRM 27-10-1993
(ECLI:NL:XX:1993:AD1977)

Door Austin Ellinor

Essentie
Het arrest Dombo gaat over het principe van equality of arms uit artikel 6 EVRM (recht op een eerlijk proces). In casu draait het om de vraag of de rechter het bewijs dat door Dombo werd aangedragen door middel van een getuige mocht weigeren door de getuige niet te horen en vervolgens de getuige die door de bank werd aangedragen wel te horen.

Rechtsregel
In casu is er sprake van schending van het equality of arms-principe en dus ook een schending van artikel 6 EVRM.

Inhoud arrest
Er was een civiel dispuut tussen een bank en een bedrijf (Dombo). Volgens Dombo was er door de bank een toezegging gedaan dat het bedrijf zijn kredietruimte mocht verhogen, maar dit werd uiteindelijk toch door de bank geweigerd. De zaak komt voor de rechter, waar Dombo schadevergoeding eist van de bank omdat de bank zijn verplichtingen niet is nagekomen. De rechtbank wijst de vordering van Dombo toe. In hoger beroep wilden beide partijen gebruik maken van getuigen. Dombo roept haar bestuurder als getuige op, maar de rechter weigert om deze als getuige te verhoren. Aangezien het om de bestuurder van Dombo ging, was hij volgens de rechtbank geen geschikte kandidaat om een getuigenverklaring af te leggen.

De getuige van de bank, de manager van de bank zelf, wordt echter wel gehoord als getuige. Het beroep van de bank slaagt derhalve ook en uiteindelijk beslist de rechter in hoger beroep tegen Dombo. Dombo is het hier niet mee eens en stelt cassatie in.

Volgens de Hoge Raad is het niet de taak van het Hof om te bepalen welk bewijs er wel of niet mag worden uitgesloten. Ook dient niet het Nederlands recht hiervoor te worden geraadpleegd, maar moet er gekeken worden of het ‘fair’ was ex. artikel 6 lid 1 EVRM. De Hoge Raad stelt dat het principe van equality of arms er is om elke partij een even goede kans te geven om de zaak te winnen. Dit kan bijvoorbeeld gedaan worden door getuigen op te roepen – partijen moeten hier dus de kans voor krijgen. In casu werd hier niet aan voldaan, aangezien het Hof de getuige van Dombo weigerde te horen en de getuige van de bank wel werd gehoord. De Hoge Raad komt tot de conclusie dat er sprake is van ongelijkheid en derhalve is het principe van equality of arms geschonden.