ECLI:NL:RVS:2005:AU2619 (Afgeleid belang verhuurder)

Raad van State, 14 september 2005, Afgeleid belang verhuurder
(ECLI:NL:RVS:2005:AU2619)

Door Zoë de Jesus Delgado

Essentie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel heeft een verkeersbesluit genomen om een bepaalde weg voor een gedeelte af te sluiten. Eén van de gevolgen hiervan is dat de bevoorrading van een winkelpand veel ingewikkelder wordt. De huurder van het pand exploiteert in dit pand een filiaal van winkelketen HEMA. De verhuurder van het pand stelt dat hij het pand hierdoor in de toekomst moeilijker kan verhuren, mocht HEMA ooit weggaan.

Rechtsregel

In beginsel kan een persoon met een parallel belang geen belanghebbende zijn in de zin van art. 1:2 lid 1 Awb, omdat geen sprake is van een rechtstreeks belang, maar van een afgeleid belang. Als deze persoon echter wordt geraakt in zijn eigendomsbelangen kan deze persoon toch rechtstreeks belanghebbende zijn.

Inhoud uitspraak

Appellanten hebben bezwaar ingediend tegen een verkeersbesluit, genomen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel. Een bepaalde weg zou voor een gedeelte worden afgesloten waardoor de bevoorrading van een winkelpand zou moeten worden gewijzigd. De bevoorrading zou hierdoor worden bemoeilijkt. De huurder van het pand exploiteert een filiaal van de HEMA in het pand. De verhuurder van het pand stelt dat hij het pand door het genomen besluit in de toekomst moeilijker kan verhuren, mocht HEMA ooit weggaan.

Appellanten hebben tegen het besluit bezwaar gemaakt. Appellant 1 is eigenaar en verhuurder van het pand in casu. Appellant 2, H&S, is huurder van dit pand en exploiteert hierin een filiaal van winkelketen HEMA. De bezwaren zijn achtereenvolgens niet-ontvankelijk, gedeeltelijk gegrond en voor het overige ongegrond verklaard. Hierna zijn appellanten in beroep gegaan. De ingestelde beroepen zijn door de rechtbank gegrond verklaard en er is bepaald dat de burgemeester een nieuwe beslissing op bezwaar moest nemen. Het college heeft het besluit vervolgens herroepen en opnieuw genomen, waarna een ontheffing is verleend aan appellant 2. Hiertegen zijn appellanten wederom in beroep gegaan. De ingestelde beroepen zijn vervolgens door de rechtbank ongegrond verklaard, waarna appellanten in hoger beroep zijn gegaan.

Het pand moet volgens de huidige route worden bevoorraad via de Burgakker. Volgens het verkeersbesluit zou de winkel voortaan via de route Kruisstraat-Burgakker moeten worden bevoorraad. De bevoorrading van de winkel wordt hierdoor bemoeilijkt. Op grond van art. 1:2 lid 1 Awb is een belanghebbende iemand die rechtstreeks bij een besluit is betrokken. De verhuurder, appellant 1, heeft in dit geval hetzelfde belang als de huurder, appellant 2. Daardoor is sprake van een parallel belang. Dit betekent in beginsel dat geen sprake is van een rechtstreeks belang, maar van een afgeleid belang, en dat dus geen sprake is van een belanghebbende in de zin van art. 1:2 lid 1 Awb. De Afdeling stelt zich echter op het standpunt dat de eigenaar van een pand belanghebbende is bij een verkeersbesluit wanneer hij door dit besluit in zijn eigendomsbelangen wordt geraakt. Appellant 1 kan als belanghebbende in de zin van art. 1:2 lid 1 Awb worden aangemerkt, omdat een wijziging in de laad- en losregeling zijn commerciële belangen als eigenaar van het pand raakt.