ECLI:NL:RBOVE:2022:3361 (Drijvend zonnepark is geen onroerende zaak)

Rechtbank Overijssel 15 november 2022, Drijvend zonnepark is geen onroerende zaak
(ECLI:NL:RBOVE:2022:3361)

Inleiding

In deze uitspraak wordt ingegaan op de vraag of een drijvend zonnepark een onroerende zaak is in de zin van de Wet WOZ.

Rechtsregel

Een drijvend zonnepark is geen onroerende zaak voor de Wet WOZ en hierover is dan ook geen onroerendezaakbelasting (OZB) verschuldigd.

Inhoud

Eiseres is eigenaar van een drijvend zonnepark in de Bomhofsplas te Zwolle. Dit zonnepark bestaat uit 72.000 zonnepanelen met een oppervlakte van circa 18,35 hectare, drijvende omvormers en transformatoren. De zonnepanelen zijn bevestigd op drijflichamen. Deze drijflichamen zijn via kabels verbonden aan 28 in de bodem geplaatste klapankers. Het zonnepark is met een elektriciteitskabel verbonden met een inkoopstation op de wal. De vraag is hier of het zonnepark voor de toepassing van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) als onroerend moet worden aangemerkt. Indien dit het geval is, dan is onroerendezaakbelasting verschuldigd over de WOZ-waarde.

Voor de betekenis van het begrip “onroerende zaak” in de Wet WOZ moet worden aangesloten bij artikel 3:3 van het Burgerlijk Wetboek (BW), op grond waarvan – onder meer – als onroerend worden aangemerkt de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken. In artikel 8:1 van het BW is bepaald dat onder schepen wordt verstaan alle zaken die blijkens hun constructie bestemd zijn om te drijven of hebben gedreven.

De rechtbank overweegt het volgende. Uit jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat een zaak, die blijkens zijn constructie bestemd is om te drijven en drijft, moet worden aangemerkt als een schip in de zin van artikel 8:1 van het BW en in het algemeen een roerende zaak is. De rechtbank stelt vast dat het zonnepark blijkens zijn constructie bestemd is om te drijven en dit feitelijk ook doet. Hiermee wordt voldaan aan de definitie van artikel 8:1 van het BW. De rechtbank acht het hierbij niet relevant of de zaak daadwerkelijk wordt gebruikt als verkeers- of vervoersmiddel.

Vervolgens is van belang of het zonnepark duurzaam verbonden is met de grond. De rechtbank acht dit niet het geval. Niet in geschil is dat de verbinding tussen het zonnepark en de daaronder gelegen bodem middels klapankers en kabels toelaat dat het zonnepark met de waterstand mee beweegt en tegelijkertijd voorkomt dat het zonnepark afdrijft. De rechtbank is van oordeel dat deze verbinding middels kabels en klapankers niet maakt dat het zonnepark duurzaam met de grond is verenigd.

Uit het bovenstaande volgt dat het zonnepark geen onroerende zaak is in de zin van de Wet WOZ en eiseres ook geen onroerendezaakbelasting is verschuldigd.