Rechtbank Noord-Holland, 19 mei 2022, Het stiekem opnemen van gesprekken met de werkgever leidt tot toezegging van een mondeling afgesproken bonus door de kantonrechter.
(ECLI:NL:RBNHO:2022:4675)
Essentie
In deze zaak wordt op verzoek van de werkgever een arbeidsovereenkomst ontbonden door de kantonrechter op grond van een verstoorde arbeidsverhouding. Als tegenverzoek vordert de werknemer van de werkgever betaling van een winstdeling, welke mondeling is afgesproken. Werkgever betwist dat deze afspraak ooit gemaakt is, maar werknemer heeft stiekem opnames van de gesprekken gemaakt.
Rechtsregel
Het stiekem opnemen van gesprekken is niet strafbaar, indien degene die het gesprek opneemt ook zelf aan dit gesprek deelneemt. Het opnemen kan wel als onrechtmatig gezien worden. In arbeidsrechtelijke zaken is hier echter niet snel sprake van. Wanneer de gesprekken een zakelijk karakter hebben en het opnemen ervan een legitiem doel dient is het stiekem opnemen hiervan wel rechtmatig.
Inhoud uitspraak
Werkgever verzoekt de kantonrechter tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsrelatie. Werkgever geeft aan dat het vertrouwen in zijn werknemer weg is en dat werknemer geen toegevoegde waarde laat zien in de uitoefening van zijn functie. Verweerder erkent dat er sprake is van een verstoorde arbeidsrelatie en dat er geen zinvolle voortzetting van de arbeidsovereenkomst meer mogelijk is. Om deze reden wijst de kantonrechter het verzoek van de werkgever toe en ontbindt de arbeidsovereenkomst.
Wel is de kantonrechter van oordeel dat de verstoorde arbeidsrelatie gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen vanuit de werkgever. De werkgever heeft werknemer namelijk niet goed genoeg in kennis gesteld van kritiek op zijn functioneren. Daarnaast heeft werkgever ook geen verbetertraject aangeboden. Als laatste is er door werkgever ook onvoldoende onderzoek gedaan naar herplaatsingsmogelijkheden of mogelijkheden voor herstel van de verstoorde arbeidsverhouding. De kantonrechter ziet om deze redenen aanleiding om aan werknemer een billijke vergoeding toe te kennen.
Als tegenverzoek vordert werknemer betaling van een bedrag aan winstdeling. Volgens werknemer is een winstdelingsregeling overeengekomen van 5%. Werkgever betwist dat er sprake is geweest van deze mondelinge afspraak. Werknemer heeft echter verschillende gesprekken opgenomen zonder dat werkgever hiervan bewust was. In deze gesprekken is te horen dat werkgever en werknemer het hebben over de afspraak van 5% winstdeling. De kantonrechter kan daarom niet anders uit deze gesprekken afleiden dan dat de afspraak wel degelijk is overeengekomen en werkgever dus gehouden is het bedrag alsnog aan werknemer te betalen. Na berekening komt dit bedrag uit op bijna €500.000,- bruto.