ECLI:NL:RBAMS:2019:6492 (Misleiding lidmaatschapskosten Basic-Fit)

Rb 3 september 2019, Misleiding lidmaatschapskosten Basic-Fit
(ECLI:NL:RBAMS:2019:6492)

Door Jay Irfan

Essentie

Dit vonnis gaat over een consument (gedaagde) die een lidmaatschap is aangegaan bij Basic-Fit (eiseres). Gedaagde is afgegaan op een aanbieding van eiseres waarin zij een lidmaatschap tijdelijk twee maanden gratis aanbiedt. Na 10 maanden wordt het lidmaatschap opgezegd conform de opzegtermijn, maar eiseres stelt dat de betreffende aanbieding moet worden gezien als 12+2 maanden, niet als 10+2 maanden. Gedaagde meent daarom dat hij is misleid en de zaak komt voor de kantonrechter.

Rechtsregel

De vraag is natuurlijk of het daadwerkelijk gaat om een lidmaatschap van 10+2 maanden zoals gedaagde dat heeft begrepen, of dat eiseres toch gelijk heeft en het een overeenkomst van 12+2 maanden betreft. De rechtbank meent dat eiseres helemaal niets heeft overlegd waaruit blijkt dat het contract voor 12+2 maanden is afgesloten. Eiseres brengt een welkomstmail in, maar daar kan niets uit worden afgeleid. In de algemene voorwaarden staat ook niets, waarvan de rechtbank bovendien niet aannemelijk acht dat deze aan gedaagde bekend zijn gemaakt. Samenvattend heeft eiseres haar stelling onvoldoende onderbouwd.

Inhoud vonnis

Op 1 januari 2017 sluit gedaagde een jaarabonnement af bij Basic-Fit. Hij maakt hierbij gebruik van een aanbieding waarbij de eerste twee maanden gratis zijn. Een jaar later zegt gedaagde zijn lidmaatschap op. Hij heeft hiervan de kosten betaald van maart tot en met december. Basic-Fit stuurt in februari 2018 een mail waarin aan gedaagde wordt gevraagd om de kosten van januari en februari te betalen ad 39,98 euro. Basic-Fit stelt namelijk dat de betreffende aanbieding alleen geldt in combinatie met een jaarcontract, dus bij een contract van 12 maanden mag er 14 maanden worden gesport.

Gedaagde stuurt de volgende mail terug: “(…)Uit mijn administratie blijkt dat alles voldaan is. Ik ben in januari voor een jaar lid geworden, waarvan de eerste twee maanden gratis zijn. (zie reclame!) Het trucje met zogenaamd twee maanden gratis en dan gaan tellen vanaf maart is consumenten misleiding en daarmede bent u bij mij aan het verkeerde adres.(…)”. Enkele dagen later volgt een reactie van Basic-Fit: “Dat deze gratis periode buiten de contract periode valt staat beschreven bij de aanmelding en ook in de overeenkomst. (…) Op dit moment is er nog een openstaand bedrag van 39,98 euro. Dit betreft het lidgeld voor de maanden januari en februari. Wij verzoeken je vriendelijk deze betaling te verrichten (…)”.

 In april 2018 ontvangt gedaagde een betalingsherinnering en ingebrekestelling met een verhoogd bedrag van 47,48 euro. Dit is de oorspronkelijke vordering met 7,50 euro aan incassokosten. In de ingebrekestelling worden tevens incassokosten van veertig euro aangezegd. Gedaagde stuurt hierop een mail waarin hij het volgende zegt: “(…) Net als in eerdere mails reeds aangegeven heb ik mijn lidmaatschap volledig betaald. Misschien moet u mij het contract doorsturen waarin expliciet staat dat mijn contract 1 maart ingaat en dat januari en februari geen contractperiode is. Marketingtrucjes kennen we nu wel. Toon mij het contract en de oorspronkelijke aanbieding en ik zal betalen als ik er echt in gestonken ben. Voorlopig ga ik er nog vanuit dat u malafide bent. Dus nogmaals, toon mij de oorspronkelijke gegevens.(…)”. Op de ingebrekestelling reageert gedaagde als volgt: “(…) Ik heb op 11 mei jl een brief ivm ingebrekestelling van u ontvangen. U meent nog twee maanden lidmaatschap van mij te moeten ontvangen en memoreert dat ik moet betalen om ongestoord te blijven sporten. Maar ik wil helemaal niet ongestoord blijven sporten. Ik heb namelijk mijn lidmaatschap opgezegd en dit heb ik u al drie maal per mail medegedeeld. Helaas ontvang ik wel gewoon de aanmaningen, maar nooit een reactie op mijn schrijven. Voor alle duidelijkheid; ik heb gebruik gemaakt van de actie ‘een jaar lidmaatschap waarvan twee maanden gratis’ werden aangeboden. Nu begrijp ik ook wel dat deze misselijke trucjes vaak door een bepaald deel van het bedrijfsleven worden gebruikt om de consument erin te luizen. Maar ik ben niet van plan hierin mee te gaan. (…)”

Partijen zijn het oneens over de vraag of het contract nu is geëindigd per 28 februari 2018, zoals Basic-Fit beweert, of per 31 december 2017. Het komt er kortweg op neer dat Basic-Fit geenszins haar gelijk heeft kunnen aantonen. De aanbieding is niet aan gedaagde bevestigd en is ook niet opgenomen in de algemene voorwaarden. Ook in de welkomstmail staat niets vermeld, niet eens een ingangsdatum van het lidmaatschap.

Basic-Fit heeft haar stellingen niet kunnen bewijzen (art. 150 Rv) en dus wordt gedaagde in het gelijk gesteld. Hij hoeft de kosten van januari en februari niet te betalen.