ECLI:NL:HR:2016:1899 (huurrecht als ondernemingsvermogen)

HR Huurrecht als ondernemingsvermogen, HR 12 augustus 2016
(ECLI:NL:HR:2016:1899)

Door Michiel Hennevelt

Essentie
In dit arrest gaat het om de vraag of een ondernemer het gebruik van zijn gehuurde woning in zijn ondernemingswinst mag betrekken. Dit kan mogelijk leiden tot aftrekbaarheid van de huur van de woning.

Rechtsregel
Een huurrecht van een woning die voor de ondernemingsuitoefening wordt gebruikt, kan aangemerkt worden als ondernemingsvermogen. In dat geval is het gehele bedrag aan huur aftrekbaar, onder bijtelling bij de winst van een bedrag voor privégebruik van de woning.

Inhoud arrest
Belanghebbende, X, werkt als ondernemer in de bouw. X verricht zijn administratieve werkzaamheden in de werkkamer van zijn gehuurde woning. De werkkamer vormt geen zelfstandig gedeelte van de woning. Voor het Hof is X met de inspecteur tot overeenstemming gekomen dat het huurrecht van de woning in zijn geheel kan worden aangemerkt als ondernemingsvermogen. In geschil is nog het bedrag dat X in dit kader mag aftrekken.

X is van mening dat het volledige bedrag van de huisvestingskosten mag worden afgetrokken, waarbij vervolgens een deel van deze kosten als onttrekking voor privégebruik weer moet worden opgeteld bij de winst. De inspecteur is van mening dat slechts het deel van de huisvestingskosten dat toerekenbaar is aan de werkkamer mag worden afgetrokken.

De Hoge Raad oordeelt ten eerste dat het juist is dat het huurrecht een goed is dat (mede) voor de ondernemingsuitoefening wordt gebruikt en dus ondernemingsvermogen kan vormen. Het huurrecht mag als ondernemingsvermogen worden aangemerkt indien de werkkamer meer dan 10% van de woning omvat. Dit brengt met zich mee dat het gehele bedrag van de huur in aftrek op de winst kan worden gebracht, waarbij er vervolgens een gedeelte voor privégebruik van de woning weer bij de winst moet worden opgeteld. Daarbij moet ook het privégebruik van de werkkamer in acht genomen worden.

Naar aanleiding van dit arrest heeft de staatssecretaris van Financiën reparatiewetgeving aangekondigd. Die wetgeving is geïmplementeerd in het Belastingplan 2017. Hiermee is aan art. 3.16 Wet IB een dertiende lid toegevoegd dat bepaalt dat huurkosten die verband houden met een tot het ondernemingsvermogen behorend huurrecht niet meer in aftrek komen, tenzij het gaat om een zelfstandig gedeelte van een woning. In zoverre is het arrest nu alweer achterhaald.