ECLI:NL:HR:2001:AB1254 (Hotel New York)

Hotel New York, HR 2 maart 2001
(ECLI:NL:HR:2001:AB1254)

Door Lisanne Roestenberg

Essentie

Loonbegrip. Vergoeding voor arbeid door werkgever. Hiertoe behoren geen fooien van derden.

Rechtsregel

Onder loon moet worden verstaan de vergoeding die de werkgever aan de werknemer verschuldigd is voor de bedongen arbeid. Daaronder vallen (in het algemeen) geen fooien die de werknemer van derden ontvangt.

Inhoud arrest

Hotel New York is een hotel en restaurant in Rotterdam. Tot 1 januari 1998 was zij aangesloten bij de werkgeversorganisatie Koninklijk Verbond van Ondernemers in het Horeca- en Aanverwante Bedrijf Horeca Nederland. Hierdoor is zij gebonden aan de cao voor het Horeca- en Aanverwante Bedrijf (hierna: cao).

Er werken 200 mensen in het hotel, waarvan 140 in de bediening. Een gedeelte van de bediening werkt als hulpkracht en verdient op grond van de cao het wettelijk minimumloon. Er staat niets in de cao over fooi. De cao was geldig tot 1 juli 1998.

Nadat er meerdere vragen waren gesteld aan Hotel New York over de naleving van de cao, biedt Hotel New York haar werknemers in het najaar van 1997 een aanvullende arbeidsovereenkomst aan. Hierin staat dat in het salaris voortaan een bepaald bedrag aan fooi is opgenomen, om tot het minimumloon te komen. Een werknemer moet bijhouden wat hij aan fooi ontvangt en als hij niet tot het afgesproken loon komt, dan moet hij dit melden bij zijn werkgever. Dan kan er eventueel een nabetaling door Hotel New York plaatsvinden. Een aantal werknemers heeft dit contract ondertekend. Gemiddeld wordt per persoon fl. 2,- tot fl. 3,- op het loon per uur ingehouden. Over het algemeen krijgen de werknemers wel meer fooi dan dit.

De vakbond Horecabond FNV (hierna: FNV) dagvaardt Hotel New York voor de kantonrechter en vordert voor recht te verklaren dat Hotel New York het geldende salaris aan haar werknemers moet betalen, dat het niet is toegestaan om ontvangen fooien op het salaris in mindering te brengen en dat het ook niet is toegestaan om een bepaling hierover in de arbeidsovereenkomst op te nemen. FNV vordert ook Hotel New York te veroordelen tot een juiste betaling van het salaris, zonder inhouding van fooien, tot het intrekken van het fooienbeding en een goede naleving van de cao.

De kantonrechter beveelt bij tussenvonnis van 28 april 1998 een comparitie van partijen. Tegen dit tussenvonnis gaat Hotel New York in hoger beroep. De rechtbank bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en verwijst de zaak terug naar de kantonrechter om verder te beslissen. Hotel New York gaat in cassatie. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt Hotel New York in de kosten van het geding.