ECLI:NL:HR:1995:ZC1735 (Keereweer / Sogelease)

Keereweer / Sogelease, HR 19 mei 1995
(ECLI:NL:HR:1995:ZC1735)

Door Julia Verschoor

Essentie
Een sale-and-leaseback overeenkomst is niet strijdig met het fiduciaverbod (art. 3:84 lid 3 BW).

Rechtsregel
Als de kern van een overeenkomst (de titel, zie art. 3:84 lid 1 BW) is dat een goed wordt overgedragen om de verkrijger in zijn belang als schuldeiser ten opzichte van andere schuldeisers te beschermen, dan is die overeenkomst geen geldige titel van overdracht. In casu omvat het recht van Sogelease meer dan enkel bescherming tegen andere schuldeisers. De overeenkomst van sale-and-leaseback is daarom niet in strijd met het fiduciaverbod. De wet verzet zich niet tegen de regeling waarbij een partij de volledige eigendom heeft en de andere partij persoonlijke rechten en verplichtingen heeft tegenover de ander.

Inhoud arrest
In 1991 heeft De Zaaiers een drukpers gekocht en gefinancierd door middel van een zogenaamde sale-and-leaseback overeenkomst. De leverancier Mahez verkoopt en levert de drukpers aan De Zaaiers. De Zaaiers verkoopt en levert c.p.[1] aan Sogelease. Er is van te voren afgesproken dat Sogelease de koopprijs niet aan de Zaaiers voldoet, maar aan Mahez. De Zaaiers huurt vervolgens middels een leaseovereenkomst van 7 jaar de machine van Sogelease. Na 7 jaar mag Sogelease voor 100 gulden de drukpers kopen.

In 1993 gaat De Zaaiers failliet. Curator Keereweer dagvaardt Sogelease dat zij per datum van het faillissement geen eigenares van de drukpers is geworden, maar dat dit is omgezet in stil pandrecht.
Keereweer stelt dat er geen werkelijke eigendomsoverdracht was beoogd, maar dat zij slechts strekt tot zekerheid voor de betaling van de leasetermijnen en dus naar huidig recht op grond van art. 3:84 lid 3 BW niet meer mogelijk is, hetgeen met zich meebrengt dat ingevolge art. 86 lid 1 Overgangswet nieuw BW op 1 januari 1992 de voordien tussen De Zaaiers en Sogelease bestaande fiduciaire verhouding van rechtswege is omgezet in een rechtsverhouding, waarbij de drukpersen eigendom worden van De Zaaiers en worden belast met een pandrecht ten behoeve van Sogelease”.

De Hoge Raad moet beoordelen of Sogelease bij het begin van de overeenkomst een ‘echte’ of ‘fiduciaire’ eigenaar is geworden.

De Hoge Raad oordeelt dat in dit geval het recht van Sogelease meer dan bescherming tegen andere schuldeisers omvat. Sogelease is volledig eigenaar en De Zaaiers heeft alleen een verbintenisrechtelijke aanspraak. Dat is niet anders nu de overdracht plaatsvond in het kader van financiering. De sale-and-leaseback overeenkomst heeft uiteindelijk als doel gehad om de drukpers in het vermogen van Sogelease te laten vallen. Een sale-and-leaseback overeenkomst valt dus niet onder het fiduciaverbod.

[1] Bij een levering constituto possessorio (art 3:115 sub a BW) wordt het bezit overgedragen, maar blijft de zaak onder de vervreemder. De nieuwe bezitter wordt middellijke bezitter via de vervreemder en de vervreemder wordt houder namens de nieuwe bezitter.