ECLI:NL:HR:1987:AC9754 (Linquenda)

Linquenda-arrest; HR 17-03-1987, NJ 1987, 887
(ECLI:NL:HR:1987:AC9754)

Door Austin Ellinor

Essentie
Het arrest Linquenda gaat over de betekenis van ‘wettelijk voorschrift’ zoals vermeld in artikel 184 Sr. Het gaat dan in het bijzonder om het gedeelte ‘niet voldoen aan een ambtelijk bevel krachtens wettelijk voorschrift’. De vraag die in casu wordt gesteld is of buitenlandse wettelijke voorschriften onder artikel 184 Sr kunnen vallen en of er dus sprake is van een wettelijk voorschrift als bedoeld in artikel 184 Sr.

Rechtsregel
De betekenis van ‘wettelijk voorschrift’ zoals vermeld in artikel 184 Sr doelt uitsluitend op Nederlandse wettelijke voorschriften. Het niet voldoen aan een ambtelijk bevel krachtens een buitenlands wettelijk voorschrift is dus niet strafbaar volgens artikel 184 Sr.

Inhoud arrest
Verdachte was de kapitein van een Nederlandse vissersboot genaamd Linquenda. Linquenda kreeg op 17 april 1982 binnen de Noorse economische zone in de Noordzee controle van de Noorse marine. Deze hield toezicht op de naleving van Noorse regels omtrent visserszaken. De Noorse marine bepaalde dat Linquenda niet voldeed aan deze regels en beval de verdachte om Linquenda naar de haven te brengen voor extra onderzoek. De verdachte weigerde dit ambtelijk bevel van een Noorse marine officier. Daarna ontstond er een situatie, waarbij een Noorse matroos bijna over een reling zou zijn gegooid.

Derhalve werd de verdachte in Nederland vervolgd wegens het niet opvolgen van een ambtelijk bevel (art. 184 Sr) en bedreiging met doodslag (art. 285 Sr).

Artikel 184 Sr lid 1 luidt als volgt:

“Hij die opzettelijk niet voldoet aan een bevel of een vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast of door een ambtenaar belast met of bevoegd verklaard tot het opsporen of onderzoeken van strafbare feiten, alsmede hij die opzettelijk enige handeling, door een van die ambtenaren ondernomen ter uitvoering van enig wettelijk voorschrift, belet, belemmert of verijdelt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.”

Verdachte werd door de rechtbank en het hof veroordeeld tot drie maanden voorwaardelijke gevangenisstraf en een geldboete van tienduizend gulden wegens het niet opvolgen van een ambtelijk bevel. In cassatie werd deze veroordeling echter gedeeltelijk vernietigd.

De Hoge Raad oordeelde als volgt in r.o. 7.1:

Het onder 1 bewezen verklaarde levert niet op een strafbaar feit, met name niet met misdrijf, voorzien en strafbaar gesteld bij art. 184 Sr, aangezien daarin met de term ‘wettelijk voorschrift’ wordt gedoeld op enig Nederlands wettelijk voorschrift.”

Volgens de Hoge Raad betekent ‘wettelijk voorschrift’ in artikel 184 Sr een Nederlands wettelijk voorschrift. In casu ging het echter om een Noors wettelijk voorschrift en derhalve vernietigde de Hoge Raad de veroordeling op het gedeelte van artikel 184 Sr.

Het niet voldoen van een ambtelijk bevel op grond van een buitenlandse wettelijke voorschrift levert dus geen strafbaar feit op in de zin van artikel 184 Sr.