ECLI:NL:HR:1985:AC9086 (Fiscale transparantie van stichtingen)

Hoge Raad, 30 oktober 1985, Fiscale transparantie van stichtingen (ECLI:NL:HR:1985:AC9086)

Essentie

Dit arrest is een van de basisarresten voor de fiscale transparantie van stichtingen (Durchgriff).

Rechtsregel

Indien een (rechts)persoon over het in een stichting aanwezige vermogen kan beschikken als ware het zijn eigen vermogen is, dan dient dat vermogen voor de heffing van de inkomsten- en vermogensbelasting te worden behandeld als vermogen van de (rechts)persoon zelf.

Inhoud arrest

Moeder van belanghebbende heeft een stichting opgericht, met als primaire doelstelling: ,,het verlenen van materiĆ«le bijstand voor noodzakelijk levensonderhoud, kosten van studie, van ziekte, enzovoort, aan de nakomelingen van de oprichtster, alsmede aan hun weduwen of weduwnaars.” Belanghebbende is de enige bestuurder van de stichting en het vermogen van de stichting is rond de f 300.000. In geschil is of het vermogen van de stichting aan belanghebbende dient te worden toegerekend voor belastingdoeleinden.

Het hof heeft vastgesteld dat belanghebbende in het onderhavige jaar, over het vermogen van de stichting kon beschikken als ware het zijn eigen vermogen was. Belanghebbende kon op basis van de statuten namelijk vrijelijk beschikken over de in de stichting aanwezige inkomens- en vermogensbestanddelen.

De Hoge Raad oordeelt dat indien vaststaat dat een belastingplichtige over het in een stichting aanwezige vermogen kan beschikken als ware het zijn eigen vermogen is, het in de stichting aanwezige vermogen voor de heffing van de inkomsten- en vermogensbelasting dient te worden behandelen als ware het vermogen van de belastingplichtige is. Het is dus van belang in hoeverre de bestuurder/vermogensverschaffer van een stichting de beschikkingsmacht over het vermogen van de stichting heeft, om een eventuele fiscale transparantie toe te kennen aan stichtingen. In deze zaak waren niet alle feiten onderzocht door het hof en daarom is de zaak doorverwezen.