Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, 25 juni 2023, het bezitten van onder andere twee Porsches weegt ook mee in de beoordeling over alimentatie.
(ECLI:NL:GHSHE:2023:1719)
Essentie
De kinder- en partneralimentatie van een man worden op nihil gesteld nadat hij over onvoldoende draagkracht zou beschikken. De vrouw is het hier echter niet mee eens en wijst het hof op onder andere de twee Porsches die de man bezit.
Rechtsregel
Het bezitten van roerend of onroerend goed telt ook mee voor de beslissing over de draagkracht die iemand heeft voor het betalen van alimentatie. Gelet op de onderhoudsplicht kan van een ouder verwacht worden dat (een deel van) het bezit verkocht wordt om te kunnen voorzien in de kosten van het kind.
Inhoud uitspraak
Een man en een vrouw die samen voor een kind zorgen zijn in 2016 gescheiden. De kinder- en partneralimentatie van de man zijn in 2020 op nihil gesteld, omdat hij dan geen draagkracht meer zou hebben. De vrouw is hiertegen in cassatie gegaan. De Hoge Raad honoreert enkele cassatieklachten van de vrouw. Hij vernietigt de eerdere beschikking en verwijst de zaak door naar het hof.
De vrouw verzoekt het hof de man te veroordelen voor het betalen van kinder- en partneralimentatie en in de kosten van de procedure. De man verdient geen salaris meer als directeur-grootaandeelhouder (DGA). Daarnaast heeft hij een grote schuld openstaan bij zijn B.V.. Toch vindt de vrouw niet dat de bijdrage van kinder- en partneralimentatie op nihil gesteld moet worden. De man ontvangt namelijk een aanzienlijke arbeidsongeschiktheidsuitkering, waarnaast hij tevens nog DGA van een andere holding is. Ook bezit de man drie appartmenten waarvan hij er één bewoont en twee verhuurt en is hij voor vijftig procent eigenaar van twee andere, onbelaste appartementen. Als laatst bezit hij ook twee Porsches en twee percelen weidegrond die tevens onbelast zijn.
De man verzoekt het hof de vrouw niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoeken en haar te veroordelen voor het terugbetalen van de teveel ontvangen kinder- en partneralimentatie.
De beoordeling
De vrouw heeft aangevoerd dat één van de twee appartementen die de man voor vijftig procent bezit periodiek wordt verhuurd aan derden. De man betwist dat hij inkomsten van enige betekenis uit deze verhuur ontvangt omdat de kosten er van bijna opwegen tegen de inkomsten. De man heeft zijn stelling echter niet voldoende onderbouwd en heeft geen concreet inzicht gegeven in de financïen rondom de verhuur, terwijl dit wel van hem verwacht mocht worden. Hiermee schendt de man zijn waarheidsplicht. Er wordt er dus vanuit gegaan dat de man met de verhuur van het appartement voldoende inkomsten verdient om over relevante draagkracht te beschikken.
Betreffende de twee weidepercelen is het hof van oordeel dat er sprake is van een nieuw gegeven, omdat deze nog niet eerder genoemd waren in de procedure. Gelet op de geschatte waarde van de percelen kan van de man worden verwacht hier een deel van te verkopen wanneer dit nodig zou zijn.
Over de Porsches heeft de man in eerste instantie ontkent dat hij twee Porsches bezit. Hij stelde dat hij er één bezit, die oud is en waar hij graag in rijdt samen met het kind van hem en de vrouw. Later heeft de man erkend dat hij ook in het bezit was en is van een tweed Porsche. Dat de man dit eerder heeft ontkent neemt het hof hem kwalijk, aangezien dit wederom in strijd is met de waarheidsplicht van de man. Dat de man nog een waardevolle tweede auto bezit dient ook mee te wegen in de beoordeling van de draagkracht van de man.
Conclusie
Gelet op de zwaarwegende onderhoudsverplichting van de man jegens zijn kind, wordt de man verplicht om nog wel kinderalimentatie aan de vrouw te blijven betalen.
Wat betreft de partneralimentatie weegt mee dat de vrouw nu zelf over een aanzienlijk eigen inkomen beschikt. De beschikking om deze op nihil te stellen vanaf 2020 blijft dan ook van kracht.