Het was een van m’n eerste werkdagen als docent Nederlands en ik werd aan al mijn nieuwe collega’s voorgesteld. Eén van die docenten kwam me ontzettend bekend voor, dus ik vroeg naar haar achternaam. Ja, mijn collega was de juf die mij in groep 3 had leren lezen en schrijven. Dat moment was een enorme time-warp. Ondanks dat ik inmiddels 22 was, voelde ik me direct weer een klein meisje en ik voelde me ook alsof ik daar helemaal niet thuishoorde.
Inmiddels loop ik alweer een jaar als student rond op de universiteit en het grappige is dat ik daar helemaal niet het gevoel heb dat ik daar niet thuishoor. Het is als vanouds, want twintig jaar geleden studeerde ik daar ook. Zelfde uni, zelfde gebouw, zelfde collegezalen. Het voelt vertrouwd en pas als ik er echt bewust over nadenk dat ik daar zo lang geleden al rondliep, voel ik me oud. Gelukkig hoef ik daar niet al te vaak over na te denken, want het komt niet zo vaak ter sprake. Er zijn eigenlijk maar drie incidentjes geweest die ervoor zorgden dat ik me een bejaarde voelde.
De eerste was toen er een groepschat gemaakt werd op whatsapp en een van m’n medestudenten zei: “ik heb u ook een uitnodiging gestuurd”. We waren al weken bezig met de studie, ik voelde me helemaal one of the guys, maar zij zag me nog als een u?! De horror! Ik heb snel gezegd dat ze best ‘u’ tegen me mocht zeggen, maar dat ze me dan ook moest aanspreken met ‘weledelgestrenge vrouwe’. Ze was snel van u af.
Een paar maanden later was er een meeloopdag voor geïnteresseerden in deze studie, waar ook een vrouw bij was die duidelijk al wat langer als volwassene door het leven ging dan de rest van dat groepje. Een medestudent, met wie ik al weken gezellig zat te keuvelen tijdens de pauzes, merkte op dat hij het “zó gaaf vond als oude mensen ook gewoon een studie gingen doen”. Ik vroeg verbaasd wie hij bedoelde. Zijn antwoord: “Nou, mensen van dertig!” Pas toen hij de verbijstering op mijn gezicht zag, landde het kwartje. Goed, misschien moet ik dat als een compliment opvatten, want blijkbaar is tijdens het dagelijkse leven in de collegezalen niets (meer) te merken van het leeftijdverschil, maar die kwam wel even binnen.
Het laatste incidentje was nadat de serie over Pim Fortuyn uitkwam. Een andere medestudent vertelde dat hij die serie had gezien en dat hij het zo indrukwekkend vond allemaal. Ik zei dat het allemaal ook echt indrukwekkend geweest was; die hele periode, de begrafenis, alles wat er omheen gebeurde… “Wacht even,” zei hij, terwijl hij verwerkte wat ik had gezegd, “heb jij dit méégemaakt?! Maar toen was je toch nog heel jong?!”
Ja. Heel jong. Drie maanden na de moord op Pim Fortuyn zou ik aan de slag gaan als docent Nederlands op een middelbare school. Toen ik me weer zo klein voelde naast m’n oude juf uit groep 3. Ik begreep ineens hoe oud zij zich gevoeld moest hebben op dat moment. Methusalem is er niets bij.