Tempus fugit

Hoe snel vliegt de tijd?! Ik heb het gevoel dat ik pas net het eerste semester heb afgerond, om er tot mijn schrik achter te komen dat eind deze maand de midterms alweer op de planning staan. Semester 2 is toch pas vorige week begonnen?!

Een snelle blik in mijn agenda vertelt me echter dat vandaag de eerste vier weken van het tweede semester achter de rug zijn. En ja, dat gevoel van net pas het eerste te hebben afgesloten, dat is natuurlijk ook wel logisch als je al je tentamens pas aan het eind van de tentamenperiode kunt maken in plaats van aan het begin, vanwege quarantaine dankzij een niet nader te noemen virusje.

Al die maatregelen die met het uur veranderden, deden ook al niet veel goed voor het gevoel dat we alweer een tijdje onderweg zijn. Mondkapje als je loopt, niet als je zit. Mondkapje ook als je zit. Mondkapje als je zit, tenzij je 1,5 meter afstand kunt houden. Geen mondkapjes meer. Wat overigens ook ergens wel een bizar gevoel was trouwens. Op donderdag waren er nog verplichte looproutes en mondkapjes (de ook-bij-zitten-variant), een dag later waren die als sneeuw voor de zon verdwenen. Ik had toch steeds het gevoel dat ik iets vergat…

Een collegerooster dat eruitziet als een Zwitserse gatenkaas doet me ondertussen terugverlangen naar het afstandsonderwijs van de OU. Goed, dat was bij tijd en wijle misschien wat aan de eenzame kant, maar ik kon mijn studie wel volledig aanpassen aan mijn planning. Andersom blijkt toch een grotere uitdaging te zijn. Ik moet trouwens ook eerlijk bekennen dat ik afstandsonderwijs ook wel wat efficiënter vind. Ik heb inmiddels bij een aantal colleges gezeten waarvan ik dacht: “Djiez… Geef me gewoon het boek, dan doe ik het zelf wel. Dat scheelt echt zeeën van tijd!

Wat dan natuurlijk ook niet helpt is de tijd die overblijft naast studie en werk zo absurd volproppen met een hobby dat die de naam ‘hobby’ eigenlijk niet meer mag hebben. “Gezonde passie” noem ik het, “volledig krankjorum” zegt mijn omgeving. Het voordeel van zo’n volle planning is dan weer wel dat ik me geen seconde verveel, altijd wel iets te doen heb en ook een goed excuus heb om – nu we weer allemaal gezellig bij elkaar op bezoek mogen – lekker thuis te kunnen blijven. “Neenee, ik kan niet, ik moet een boek lezen over Zwitsers strafrecht, college Franse middeleeuwse literatuur voorbereiden, een Zwitserse tekst schrijven, mijn aantekeningen over het Franse strafrecht op een rijtje zetten, een Spaans boek lezen, mijn eerste les Italiaans voorbereiden…” De mogelijkheden zijn eindeloos!

Het enige nadeel is dat mijn dagen af en toe zó vol zijn, dat sommige deadlines ineens veel sneller voor de deur staan dan gedacht en ik dan dus ineens een uur of twee voor de deadline een column zit te tikken in plaats van een college Franse grammatica voor te bereiden. Gelukkig had ik de uitnodigingen voor komend weekend al afgeslagen.