Realistisch

Al van kleins af aan lees ik ontzettend graag thrillers. Een beetje horror mag ook best, ik bedoel “hij werd door z’n hoofd geschoten en stukjes hersenen bleven als gelatinepudding aan de muur kleven” gaat toch meer richting horror dan dat het echt thriller is, maar over het algemeen vind ik horror te ongeloofwaardig om het leuk te vinden. Aan de andere kant maakte deze scene dus duidelijk zo veel indruk op mijn 14-jarige ik dat ik ‘m nog steeds als voorbeeld gebruik. De enige voorwaarde die ik eigenlijk stel, is dat een boek realistisch moet zijn.

Een vrouw die in een schilderij verdwijnt, of een monster dat om de 27 jaar verschillende gedaantes kan aannemen en kinderen vermoordt (allebei Stephen King) vind ik vermakelijk, maar niet meer dan dat. Natuurlijk wil ik weten hoe het afloopt, maar ik denk toch net iets te vaak “yeah, right”. Het genre waar ik dus wel helemaal voor ga? Medische thrillers. Want “het had gewoon écht gebeurd kunnen zijn joh!” En om de een of andere reden maakt het dan dus ook niet eens uit hoe ontzettend vergezocht het plot is, als het echt gebeurd had kunnen zijn, vind ik je boek sowieso fantastisch.

Maar laten we wel wezen, hoe weet ik nou helemaal of iets in zo’n medische thriller echt gebeurd had kunnen zijn? Hoe weet ik als ik zo’n boek lees nou of succinylcholine inderdaad spierverslappend werkt, wat een dodelijke dosis is, of hoe makkelijk het te verkrijgen is? Ja, ok, dat kan ik uitzoeken natuurlijk, maar dat haalt je ook weer zo uit de leesflow hè. Dus ja, ik neem tijdens het lezen rustig aan dat je iemand een niet-dodelijke dosis kan toedienen die net genoeg is om ‘m vervolgens in de plomp te mieteren waardoor hij verzuipt en dát als doodsoorzaak wordt aangewezen omdat succinylcholine wordt afgebroken door het lichaam als een lichaamseigen stof – of zoiets. Perfecte moord lijkt me, niks meer aan doen. Tenzij er verdachte omstandigheden zijn en er gezocht wordt naar prikwondjes, die dan gevonden worden. Echt, na het lezen van zo’n boek overweeg ik standaard een carrière bij de FBI. Op andere momenten vind ik het dan weer verbazingwekkend dat ik, met al die verhalen die ik inmiddels verslonden heb in m’n achterhoofd, ook nog maar een stap in het ziekenhuis durf te zetten.

Het grappige is dat ik eigenlijk had verwacht dat ik tijdens een rechtenstudie toch ergens van favoriet genre zou wisselen en bij de juridische thrillers zou belanden. Ik wacht nog steeds tot dat gebeurt. Begrijp me niet verkeerd hoor, ik mag best zo nu en dan een John Grishammetje verorberen, maar ik kan het niet helpen: De verhaallijnen lijken suffer, het verhaal lijkt minder vaart te hebben, het maakt een wat saaiere indruk en het plot… Yeah, right. Dan toch liever een Tess Gerritsen, Robin Cook of Michael Palmer.

Aan de andere kant moet ik toegeven dat met name strafrechtarresten af en toe ook best een aardig “yeah, right” of “WTF!”-gehalte hebben. Neem de poging tot gasmoord. Het plan is om de man van je liefje tijdens het wandelen met een hamer op z’n kop te slaan en hem daarna in het water te gooien. Vooruit, daar kan ik me nog iets bij voorstellen. Dan vervang je alleen de succinylcholine door een hamer, die ook makkelijker te krijgen is waarschijnlijk. Uiteindelijk valt dat plan in het water omdat je niet durft. Ook goed. Je vriendin zegt dat ze haar man een slaappoeder gaat geven, zodat jij ‘m met die hamer in bed voor z’n kop kunt slaan en dan slepen jullie hem samen naar de keuken om ‘m met z’n hoofd in een gasoven te leggen. Ja. En als je ervan uitgaat dat die eerste slag met die hamer voldoende is om hem zo bewusteloos te krijgen dat hij zich naar de keuken laat verslepen, waarom mep je dan niet gewoon nog een paar keer met die hamer? Lijkt mij persoonlijk minder moeite dan ‘m helemaal naar de keuken slepen. Want als je bang bent dat z’n hoofd aan gort slaan met die hamer niet gaat lukken omdat het slachtoffer na de eerste slag wakker wordt en zich verweert, ja, ik weet het niet, maar de kans is groot DAT JE ‘M DAN OOK NIET NAAR DE KEUKEN KAN SLEPEN, VRIEND!

Was dit een juridische thriller geweest, of zelfs een misdaadroman, dan zou ik ‘m aan de kant gegooid hebben. Want wát een onrealistisch plot, nietwaar? Terwijl er niets realistischer is dan “waargebeurd”. Ik vermoed dat het tijd wordt dat ik mijn eigen definitie van realistisch onder de loep ga nemen. Voordat ik straks nog een rode ballon van een clown in het riool ga aannemen.