Januari voor juristen

Januari: de maand van nieuwe kansen. De start van de tweede helft van het academisch jaar, het halfjaar waarin je toch echt je herkansing gaat halen die voor de kerst helaas net niet lukte. Het begin van 2018, waarin je je toch echt gaat houden aan die goede voornemens die gedurende de 365 dagen van 2017 helaas niet tot vervulling zijn gekomen. De feestdagen zijn voorbij, en nu worden we massaal weer terug gedropt in de realiteit. En helaas gaat dat niet altijd over rozen.

Door Eva te Dorsthorst

Zo is januari traditiegetrouw de maand met de meeste scheidingen, in deze periode van bezinning. Ook is de traditionele griepepidemie in volle glorie, goed te herkennen aan alle vaag-galmende kuchjes op de weblectures (waarbij met medelijden wordt gedacht aan de brave zielen die daadwerkelijk naar de hoorcolleges zelf gaan). Heeft het te maken met het aan vitamine ontbrekende feestdagen-dieet, of juist meer met de post-feestdagen ‘ik ga toch maar eens sportief doen en hardlopen om half 6’ rondjes? Alleen de tijd zal het leren.

Echter, in januari hebben we ook al veel positief juridisch nieuws mogen lezen. Het minimumjeugdloon gaat omhoog, de zorgtoeslag gaat omhoog en er zal voortaan automatisch getrouwd worden in beperkte gemeenschap van goederen. En in typisch juridisch beschouwende conventie, is dat wat leed oplevert voor de algemene bevolking, vaak een zegening voor de jurist. Laten we eerlijk zijn: misschien is zo’n scheidingsgolf lang niet zo erg voor de familierecht-sector, of valt er voor de gezondheidsrecht juristen of letselschadekantoren wellicht nog wel een slaatje te slaan uit de sporthype…