De afgelopen weken waren redelijk surrealistisch. Niet alleen omdat ik me inmiddels een soort misdadiger voel als ik naar buiten ga voor iets anders dan noodzakelijke boodschappen, maar ook omdat ik me inmiddels heb moeten specialiseren in muziekrechten en streamingsplatformen. Oh. En omdat ik de hele dag aan het schakelen ben tussen groep 6, de brugklas en de laatste loodjes van een universitaire master.
Nog geen twee weken voordat we in een intelligente lockdown belandden, maakte ik met de OU de afspraak om nu écht die studie eens af te ronden. Dikke vette deadline gesteld, ik stuurde een concept-scriptie naar m’n begeleider, die me voorzag van de eerste feedback en daarmee zou ik hard aan de slag gaan. En toen gingen de scholen dicht.
Op het eerste gezicht leek er nog niet veel aan de hand. Mijn oudste kind was optimistisch omdat hij een soort multifunctionele voormalig docent in huis had en de jongste had er ook wel vertrouwen in. Ik wist het allemaal nog zo net niet. Als je kinderen heel klein zijn, zijn ze ervan overtuigd dat jij als ouder álles weet en zo goed als geniaal bent. En wie wil er nou niet geniaal gevonden worden? Dat bedoel ik!
Maar toen begon de ellende. Zoals ik ooit op de basisschool heb leren rekenen… Nou, die methode is niet meer. Met mijn methode (good old staartdelingen) kwam ik wel op het juiste antwoord, maar de tussenstapjes moesten natuurlijk ook vermeld worden. Ja. En daarvan gaat zo’n programma misschien niet op tilt, maar mijn brein wel. Dus zit ik regelmatig te chatten met de juf van mijn jongste, omdat ik de manier waarop die sommen vandaag de dag aangevlogen moeten worden écht niet snap. Het grappige is dat de juf die mijn jongste nu in groep 6 heeft, precies dezelfde juf is als die ík in groep 6 had. Daar moesten we dus wel even om grinniken samen, dat ze me nu wéér rekensommen aan het uitleggen was. En ik er dus ook wéér geen barst van begreep. Tot grote hilariteit van onze groep 6-ganger, dat snap je.
De brugklas gaat me vooralsnog beter af. Nederlands, Frans, Engels, geschiedenis… Dat loopt allemaal wel. Biologie ging me ook nog wel aardig af, tót de fotosynthese om de hoek kwam kijken. “Iets met bladgroenkorrels” – en daar hield het op. Wiskunde was ook even een dingetje, maar gelukkig bleek het daar vooral te liggen aan het begrijpend lezen. Dus toen de vraag duidelijk was, kon de brugger weer verder. Hij is net even wat beter in wiskunde dan ik. Dat scheelt. Aardrijkskunde ligt ons allebei niet. Allemachtig, wat heb ik al zitten zweten op dat vak en dan zijn we pas een maandje bezig. Het wil gewoon echt niet. Dacht ik de afgelopen jaren dat constitutioneel recht een lastige worsteling was… Nou, aardrijkskunde, kom er maar in. Wat! Een! Ramp!
Om niet helemaal door te draaien, geef ik de groepslessen die ik normaal op de sportschool geef online, vanuit m’n huiskamer. Een dezer dagen komen mijn onderburen me een kopje suiker brengen met rattengif erin, ik zweer het.
Maar goed, hoe geef je zo’n les? Welke dienst zet je daarvoor in? Want je zit met muziekrechten natuurlijk, dus YouTube, Facebook en Instagram vallen al af. Gelukkig bleken er andere alternatieven te zijn, alhoewel die niet gemaakt zijn voor het geven van sportlessen. Dat was technisch gezien ook nog wel een uitdaging, maar het loopt. Hóe ik deze intelligente lockdown ook uit kom, het is in ieder geval niet tonnetje rond.
En dan was er nóg iets waar ik me mee bezig moest houden… Wat was dat nou ook alweer? Oh, ja, verdraaid. M’n scriptie. Die raakte weer overspoeld door al het andere. Eigenlijk al vanaf het moment dat ik me inschreef voor de scriptiebegeleiding zit alles tegen als het op die scriptie aankomt; van ontslagen, rechtszaken, echtscheidingen, ziektes tot sterfgevallen. Met COVID-19 als absoluut hoogtepunt. Misschien denk ik te veel in complottheorieën , maar ik ben ervan overtuigd dat het universum mij iets duidelijk probeert te maken. Ik ga even een aluminium hoedje knutselen. Je weet maar nooit.