De schrijfende jurist

Beste Josanne.
Bedankt voor jou reactie op onze vacature op onze web site. Bij jou reactie was alleen geen cv bijgevoegt. Graag zouden wij nog een keer jou cv ontvangen, zodat wij kunnen kijken welke openstaande vacatures er nog meer openstaan bij ons kantoor en passen bij jou cv en wensen. De vacature van juridisch secretaresse is op dit moment niet meer geopent.
Vriendelijke groeten.
Brenda
Secretaresse

Een aantal jaar geleden solliciteerde ik op een functie als juridisch secretaresse bij een wat groter advocatenkantoor. Dit was de reactie die ik op mijn sollicitatie ontving en ik heb er bijna een half uur met stijgende verbazing naar zitten kijken. Ver-schrik-ke-lijk.

In die periode solliciteerde ik vaker op een functie als secretaresse, maar kreeg steeds te horen dat ik niet de juiste opleiding of de juiste werkervaring op mijn cv had staan om me überhaupt voor een gesprek uit te nodigen. Tot op de dag van vandaag is het me een raadsel hoe Brenda aan haar baan is gekomen.

In die periode verscheen in Mare (universiteitsblad van Leiden) het artikel ‘Rechtenstudent spelt slecht’. Moet een taaltoets voor rechtenstudenten verplicht worden en mag deze toets gebruikt worden als ‘selectie aan de poort’? Kortom: mag je wel rechten gaan studeren als je het Nederlands niet perfect beheerst? Een discussie die tot op de dag van vandaag voortduurt.

Natuurlijk wordt er in de discussiegroepen van de OU sindsdien ook met enige regelmaat flink gediscussieerd over een dergelijke taaltoets. Wat me in deze discussies vooral opvalt, is het gemak waarmee taalfouten worden weggeveegd. “Wat maakt het nou uit? Als iemand toch maar begrijpt wat je bedoeld!” Au.

Een ander argument is dat je met een taaltoets als toelatingseis misschien studenten niet toelaat, die na jaren studeren briljante juristen zijn. Dan kunnen die niet zo goed schrijven, nou en? Ik geef eerlijk toe dat hoe meer taalfouten iemand maakt, hoe minder serieus ik hem neem. Bovendien vraag ik me dan af – als hij al zo slordig en onnauwkeurig is met zijn taalgebruik – hoe nauwkeurig hij zal zijn met het probleem waarmee ik bij hem aanklop. Vertrouw ik erop dat een tandarts die het heeft over een ‘portselijnen kroon’ wel het juiste element onder handen neemt? Hoe ‘briljant’ kom je dan nog over als beroepsbeoefenaar?

Als er in een discussie dan een reactie komt waar ik het volledig mee eens ben, dan volgt al snel de reactie dat de “taalneuroten zich moeten beseffen” (nee! realiseren!) dat “taal nu eenmaal veranderd” en dat er ook nog zoiets bestaat als ‘spellingcontrole’ in Word. Uh huh. Klopt helemaal. Word heeft een spellingcontrole.

Ode aan de Word spelling controle
Ik heb een spelling ’s jekker
In die p c fan mei
Die vraag ik steeds te kei ken
Offer ook vouw ten sein

 

Ik tip een toets en mak een wort
En wacht op wad ie zeg
Of ik nauw goed zit offer keert
Hei ken in taal sein weg

 

Zo gouw er een ver gissing is
Zeg hei dat dus die rekt
Dan maak ik al men fouten gut
Soda tut beter bekt

 

Ik dé dit stuk ook door ‘m heen
Ben blei dat hei toen zij
Dat ie geen vouwtje fin den kon
In ’t Neder lans fan mei

 

Mike Ferner, Onze Taal, nov. 2011, pg. 301

Vond ik een jaar of vijftien geleden al eens op internet. Zo heilig is de spellingcontrole.

Het bizarste argument dat ik in de afgelopen jaren tegenkwam, is dat het eigenlijk helemaal niet uitmaakt of die ‘briljante jurist’ na zijn afstuderen nog steeds zo belabberd schrijft als tijdens zijn ingangstaaltoets. Want als hij aan het werk gaat, dan heeft hij gewoon een secretaresse die alles voor hem uittikt. Eind goed, al goed.
Of wacht… Brenda?!

Hulp nodig met zinsconstructies, de d’tjes en t’tjes of andere grammaticaregels? Bekijk dan hier onze tekstcorrectiedienst!