Het is altijd een goed idee om oude boeken te lezen. Zeker wanneer ze in een bepaalde tijdsgeest geschreven zijn waarvan we vandaag de dag nog iets kunnen leren. Samen met Jules Verne kunnen we Herbert George Wells toch wel een van de vaders van de modern Science Fiction noemen. Wat veel minder in het oog springt, is dat Wells ook een brede maatschappelijke belangstelling had, en aardig wat historisch en maatschappijkritisch werk heeft geschreven. Werk dat we –zeker in onze huidige tijd- niet mogen vergeten. Wellicht nog niet eens zozeer de afzonderlijke werken, maar vooral ook de ontwikkeling die Wells doormaakte in zijn werken als gevolg van twee wereldwijde crises (WO I en WO II).
We kennen Wells vooral van zijn science fiction verhalen. Wellicht ken je de (diverse) verfilmingen van War of the Worlds en The Time Machine. In deze verhalen voorziet Wells onder meer het gebruik van lasers, biologische oorlogsvoering en tanks. Ook andere werken zijn de moeite waard om te lezen, zoals The Crystal Egg waar het moderne videobellen al in 1897 wordt voorspeld, The First man on the Moon (1901) waarin bemande ruimtevaart werd beschreven, of The World Set Free waarin Wells zinspeelt op de ontwikkeling van massavernietigingswapens, zoals de atoombom.
The Outline of History
Wat minder mensen weten is dat Wells ook een begenadigd historicus en maatschappij criticus was. Omdat eigenlijk niemand het aandurfde of wilde financieren, besteedde Wells –zijn voorgaande publicaties hadden hem geen windeieren gelegd – ruim een jaar aan onderzoek om een volledig overzicht van de geschiedenis der mensheid op papier te zetten. In die tijd een ongeëvenaarde prestatie. Het resulteerde in The Outline of History (1919-1920): een enorm boekwerk met prachtige afbeeldingen waarin de ontwikkeling van de mensheid tot en met de Eerste Wereldoorlog werd vastgelegd. Een pdf kun je hier vinden. Wells was niet geheel neutraal, en wilde vooral ook een boodschap overbrengen door de eenheid van de mensheid naar voren te brengen als een logisch gevolg van onze geschiedenis. Zo brak hij met de toen leidende gedachte van de superioriteit van de Westerse beschaving en stelde dat iedere beschaving momenten van helderheid en bloei kon hebben, zolang de randvoorwaarden maar voldoende aanwezig waren. Wells was erg fan van een in vrijheid ontstane Aristocratie, met deugdelijke mensen: ‘A class of intelligent, free gentlefolk is indeed evident in history whenever there is a record of bold philosophy or effective scientific advances’ (H. XXXI, para. 8). Dit werd volgens Wells voornamelijk tegengewerkt door machtswellustige heersers en –tot op zekere hoogte – een sterke machtspositie voor religieuze organisaties.
The League of Nations?
De eerste Wereldoorlog werd door Wells ’the International Catastrophe of 1914′ genoemd, en werd volgens Wells met name veroorzaakt door machtswellust, alsmede de afwezigheid van een internationaal federaal orgaan wat – onder andere – de inmiddels geïndustrialiseerde wapenindustrie in goede banen kon leiden (H. XL, para. 1). Wells schreef dit werk vlak na de Eerste Wereldoorlog en was hoopvol dat de mensheid zich kon verenigen na de vreselijke gebeurtenissen van de oorlog. Hij stelde een volgende fase der mensheid voor, waarin de wereldbevolking zich zou verenigen in een gemeenschap van kennis en vrije wil. Dit zou moeten leiden tot een wereldwijde federatie: The United States of the World. En dat was volgens Wells zeer zeker niet de pas opgerichte League of Nations (voorloper van de VN). Hij schreef:
‘The League does not even seem to know how to talk to common men. It has gone into official buildings, and comparatively few people in the world understand or care what it is doing in there. (…) The League is at present a mere partial league of governments of States (…) it emphasizes nationality; it defers to sovereignty. What the world needs is no such league of nations (…) but a world of men. The world perishes unless sovereignty is merged and nationally subordinated.’ (H. XLI, para. 2.)
Wells meende zelfs dat er een wereldreligie zou moeten ontstaan, met daarin alle belangrijke karakteristieken waar een gemiddelde religie aan voldeed, zodat ook hier geen conflict uit zou voortvloeien. Met deze goedgemutste woorden eindigde zijn Outline of History. Na al die historische ellende zou de mensheid inmiddels wel wat geleerd moeten hebben.
Collectieve zelfvernietiging
Vlak voor zijn dood schreef Wells zijn laatste boek: Mind at the end of its tether (1945). Een pdf versie kun je hier vinden. De mensheid had weinig van haar eigen geschiedenis geleerd, getuige het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Wells lijkt zijn hoop op de mensheid kwijtgeraakt te zijn, en schetst ons –in grote tegenstelling tot zijn slotwoorden in Outline of History – een enorm somber mensbeeld. We staan op het punt collectief zelfmoord te plegen door onze grootheidswaanzin. We leven op basis van enkele zelfdestructieve wetmatigheden: ‘The first of these laws was live, and live as abundantly as possible. Live more than your brothers, grow larger, devour more’ (para. 5). Ik kan me nog een wereldwijde economische crisis herinneren waar deze tekst aardig bij zou passen. Wells voorzag in 1945 dat onder andere onze levensstijl alsmede klimaatverandering (!) ertoe zou leiden dat we onszelf zouden vernietigen en dat een ander organisme de wereld van ons zou overnemen. Hij verwacht zelfs niets meer van de kleine groep ‘gentlefolks’ waar Wells jaren ervoor nog op hoopte. Zijn laatste geschreven woorden waren somber en vernietigend: ‘There will not be that small minority which will succeed in seeing life out to its inevitable end.’
Wat kunnen we hier van leren?
- Er zijn twee wereldwijde crises voor nodig om alle hoop te verliezen;
- Het gevoel dat we het nu echt aan het verknallen zijn is van alle tijden;
- Een internationale rechtsorde is een naïef idee, maar als je een poging wilt wagen: zorg er dan voor dat mensen mee kunnen doen;
- Laten we zo nu en dan een SF-auteur wat serieuzer nemen;
- Er zijn heel veel online boekenwinkeltjes waar je nog originele uitgaven van H.G. Wells kunt vinden. Deze verdienen een serieuze boekenkast.