Nominaal is (niet) normaal

De onderwijsrechter zet grote vraagtekens bij het principe van nominaal is normaal. De Erasmus Universiteit Rotterdam hanteert een systeem waarbij studenten alle 60 studiepunten van het eerste jaar moeten halen, zonder al deze studiepunten krijgen zij een negatief bindend studieadvies en moeten zij hun studie staken.

Geschreven door Mark van den Hove

Zeer recent heeft het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (hierna: CBHO) zich in een uitspraak uitgelaten over de vraag of er een negatief bindend studieadvies opgelegd mag worden wanneer een student niet 60 van de 60 studiepunten heeft behaald. Hoewel het hier een uitspraak in een voorlopige voorziening betreft, was de verwachting dat de rechter ook in hoofdzaak zich hierover zou uitlaten. De Erasmus Universiteit Rotterdam (hierna: EUR) heeft het echter niet zo ver laten komen, zij hebben geschikt met de student, zodat hij zijn studie mag voortzetten aan de EUR. Een nadere studie leert dat het CBHO opzoek is naar een zaak waarin zij zich kunnen uitlaten over de toelaatbaarheid van het beleid van de EUR. Overigens is de EUR niet de enige onderwijsinstelling die een dergelijke norm hanteert. Een rondgang leert dat meerdere onderwijsinstellingen, of althans opleidingen van deze instellingen deze norm hanteren.

Negatief bindend studieadvies
Een negatief bindend studieadvies (hierna: NBSA) is geregeld in artikel 7.8b van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Om een NBSA op te mogen leggen moet de opleiding een propedeutische fase hebben. Alle hbo-opleidingen hebben zo’n fase, universiteiten mogen kiezen om een propedeuse in te stellen. Aan een negatief bindend studieadvies is een afwijzing verbonden. Deze afwijzing houdt in dat de inschrijving van de student wordt beëindigd.

Rechtsbescherming
Een NBSA kan niet zomaar worden opgelegd. Dit kan enkel wanneer een student niet geschikt wordt geacht om zijn studie met goed gevolg te voltooien. Bij een besluit om een NBSA op te leggen moeten de persoonlijke omstandigheden meegewogen worden. Deze persoonlijke omstandigheden leiden er regelmatig toe dat er afgezien wordt van het opleggen van een NBSA. Denkbaar is dat een student met een chronische ziekte niet in staat is om binnen de nominale periode de benodigde studiepunten te behalen. Daarnaast moet de instelling de student waarschuwen. Ze moet de student de kans geven om zijn prestatie binnen een redelijke termijn te verbeteren.

De vraag is hoe bovenstaande zich verhoudt tot het beleid van de EUR. Daar moet bij vermeld worden dat het bij de EUR wel mogelijk is om onvoldoendes te compenseren met hogere punten van andere vakken. Daarnaast is de vraag of volgehouden kan worden dat een student niet geschikt is voor de opleiding wanneer hij een enkel studiepunt mist. Voor de rechtszekerheid en de rechtsontwikkeling is het jammer dat er geen einduitspraak komt over de toelaatbaarheid van de ‘nominaal is normaal’-norm.