Ze studeerde af als vertaler, maar vond dat beroep wat eenzaam. Na verschillende jaren in de advocatuur kwam Janne Tuijnman (54) bij de Rechtbank Den Haag terecht.
Door Mathilda Ariëns
Hoe kwam u bij de rechtbank terecht?
‘Ik vond de Rechtspraak als werkterrein altijd al interessant, maar wist niet zo goed wat ik bij de rechtbankwilde doen. Ik stuurde daarom in 2001 een open sollicitatie en mocht op gesprek komen. Ze hadden met spoed iemand nodig bij strafrecht en daar heb ik een aantal jaren gewerkt. Daarna kwam er een plekje vrij bij communicatie. Ik heb me daar van onderaf opgewerkt en hier veel ervaring opgedaan.’
Wat houden uw dagelijkse werkzaamheden in?
‘Naast communicatieadviseur ben ik persvoorlichter. Samen met mijn collega’s beheren we twee e-mailboxen; een interne en externe. Mensen komen met vragen in eerste instantie bij de centrale balie terecht. De meer complexe kwesties komen vaak bij ons. Op onze afdeling werk ik met vier collega’s. We hebben onderling de taken verdeeld, zo ben ik met name verantwoordelijk voor het intranet en de website. Verder begeleid ik mediatrainingen aan rechters, schrijf ik nieuwsberichten, begeleid ik de media in de rechtbank en verzorg ik de informatie op de narrowcasting schermen in de rechtbank. Als extra taak fotografeer ik bij bijzondere gelegenheden, zoals beëdigingen en installatiezittingen van rechters.’
‘Alles bij elkaar krijgen we zo’n tweeduizend vragen per jaar binnen. Niet alle vragen zijn voor ons bestemd, die sturen we dan door naar het gerechtshof, het CBb of het OM.’
Wat vindt u leukst aan uw werk?
‘Dat is het contact met mensen en iemand kunnen helpen, of dat nu een collega, burger of journalist is. Geen dag is hier hetzelfde. Als een persbericht goed overkomt of als ik een persrechter goed heb geadviseerd, dan is mijn dag geslaagd.’
Wat vindt u minder leuk aan uw werk?
‘De processen en bureaucratie. Er is nog niet genoeg gedigitaliseerd en sommige systemen zijn verouderd, oude softwarepakketten of computers die nog geen geluid kunnen afspelen, dat kan snelle effectieve communicatie belemmeren. We hebben te maken met verschillende partijen, soms moet je compromissen sluiten. Dat kan een uitdaging zijn.’
Welke eigenschappen of vaardigheden heb je nodig om dit beroep te kunnen beoefenen?
‘Je moet sterk zijn in communicatie en belangen kunnen afwegen over wat je wel of niet naar buiten brengt. Verder moet je ervoor waken dat je geen juridisch advies geeft, we zijn als rechtbank immers onafhankelijk. Je moet goed kunnen overleggen en realistische verwachtingen kunnen scheppen. Je moet met een mooi woord organisatiesensitief zijn.’
Wat vindt u van de Rechtbank Den Haag?
‘Het is een hele diverse werkomgeving. De lijnen zijn meestal kort en iedereen heeft een eigen expertisegebied, dat werkt prettig. Ik heb veel leuke collega’s. Dat je voor bepaalde zaken of werkzaamheden goedkeuring moet krijgen van diverse managementlagen, dat is niet altijd even efficiënt.’
Lees ook: Rechtbank Den Haag: een bijzonder paleis