7 dingen die je als rechtenstudent in 2016 echt niet meer wilt horen

Verjaardagspartijtjes, familiediners, met onbekenden een gesprek starten in de kroeg.. Niet makkelijk als je een rechtenstudent bent, want je krijgt onvermijdelijk te maken met onderstaande situaties.

1. Met stip op nummer 1: “Wanneer ben je nu eens klaar met studeren?” Nou, als ik mijn diploma bij een pakje boter kon kopen…

2. “Goh, dus dan weet jij ook hoe ik het geschil met mijn huurbaas moet oplossen, de belastingdienst moet ontduiken, dat incassobureau weg kan jagen, et cetera.” Ik ben geen wandelende wetten- en jurisprudentiebundel, maar al zou ik het toevallig wel weten, dan raad ik je alsnog aan om naar een rechtsbijstandverlener te gaan 😉

3. Bètastudent: “Een rechtententamen lastig? Whaha, het staat toch gewoon in je wettenbundel?” En dat moet dan de temperatuur ten tijde van de oerknal berekenen…

4. “Denk je wel een beetje aan jezelf? Zoveel studeren en weinig slaap is niet goed hoor!” Momenteel denk ik voornamelijk aan die 30.000 euro studieschuld, die alleen verder oploopt. Vind je het goed dat ik niet in de bijstand wil?

5. Speciaal voor de bestuursrechtkundigen onder ons: “Aha, je wilt de master bestuursrecht gaan volgen. Past dat wel bij jou, dat gladde bedrijfsleven?” “Uhm, je verwart bestuursrecht met ondernemingsrecht.” “Aah, maakt niet uit toch, dat schip met geld haal jij binnen!” Ik geef het op.

6. Speciaal voor de strafrechtjuristen onder ons: “Dat jij dat kan, een pedofiel vertegenwoordigen!” Nou, ik vertegenwoordig hem niet, ik ben zijn rechtsbijstandverlener.” “Maakt dat wat uit dan? Zulke mensen moeten aan de hoogste boom…!” “Ik kom op voor het collectief, niet de individu.” Einde discussie, vraagsteller in totale verwarring.

7. Speciaal voor de privaatrechtjuristen onder ons: “Ow, dus je doet iets met tuinhekjes?” “Ik doe onder andere dingen ‘met’ contractuele cessieverboden en goederenrechtelijk effecten, in de zin dat dit verbod door partijen bedoeld kan zijn om slechts verbintenisrechtelijke werking hebben en dat een cessie of verpanding in strijd met dit verbod wel leidt tot tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst, maar niet in de weg staat aan rechtsgeldige overdracht of verpanding van de vordering. Dit verbod kan echter ook bedoeld zijn om daarnaast een goederenrechtelijke werking te hebben. Het gaat dan om een contractuele uitsluiting van overdraagbaarheid als bedoeld in art. 3:83 tweede lid BW. Verder nog vragen?” Stilte.

Lees ook 7 DINGEN DIE JE ALS RECHTENSTUDENT IN 2017 ECHT NIET MEER WILT HOREN

One Comment on “7 dingen die je als rechtenstudent in 2016 echt niet meer wilt horen”

Comments are closed.